
Het nieuwe normaal
Enkele jaren geleden maakte Anouk van den Berg de overstap van de huisartsgeneeskunde naar de jeugdgezondheidszorg met een duidelijk doel voor ogen: zich inzetten voor een gezonder opgroeiende jeugd.
Blog 25 mei 2022
Geïnspireerd blader ik mijn kersverse exemplaar van het SINDA boek door. Wat een prachtig screeningsinstrument! Ik word blij van de duidelijke uitleg, de mooie filmpjes en de gegronde onderbouwing. Na een eerste kennismaking met de SINDA via een congreslezing afgelopen najaar, heb ik het boek nu in handen en kan ik het zelf proeven, ontdekken en ervaren. Ik word enthousiast van alle mogelijkheden en zie dit als een bijzondere kans voor de JGZ: een cadeautje!
SINDA staat voor Standardized Infant NeuroDevelopmental Assessment en is een nieuw screeningsinstrument voor de opsporing van baby’s met een verhoogd risico op ontwikkelingsstoornissen. Het bestaat uit het scoren van items op drie schalen: een neurologische schaal, een ontwikkelingsschaal en een socio-emotionele schaal. Het is toepasbaar bij baby’s van 6 weken tot en met 12 maanden oud en ook bruikbaar voor prematuren. Em. prof. dr. Mijna Hadders-Algra (hoogleraar ontwikkelingsneurologie in Groningen) heeft samen met drie Duitse kinderneurologen de SINDA ontwikkeld. Tijdens het wetenschappelijk onderzoek zijn enkele JGZ-organisaties in Nederland al betrokken geweest.
Als het gaat om de ontwikkeling van kinderen gebruiken we in de JGZ uiteraard het van Wiechenonderzoek. Een prachtig uitgebreid volginstrument om op uniforme wijze de ontwikkeling van alle kinderen in kaart te brengen. Ik kan in mijn werk niet zonder! Maar is het herkenbaar als ik ook aangeef dat ik bij sommige casussen de interpretatie toch zo lastig vind dat ik met meer zekerheid zou willen handelen richting kind en ouders? In dat soort gevallen denk ik dat de SINDA een verrijking voor mij kan zijn. Het kan mij helpen de kwaliteit van mijn werk te verhogen en sterker te staan in mijn signalering.
De SINDA geeft niet alleen informatie over de huidige neurologische ontwikkelingstoestand van het kind, maar is ook voorspellend voor het risico op ontwikkelingsstoornissen. Zo kan ik juist díe kinderen er beter uitpikken. En dat wil ik, want dat is waardevol voor kind en ouders. Zo kan de ontwikkeling tijdig gestimuleerd worden en het gezin passende begeleiding krijgen: dat leidt tot gezondheidswinst. Vroegsignalering, stimulering van de ontwikkeling en begeleiding voor het gezin… dat zijn kerntaken van de JGZ en volgens mij kan de SINDA ons daar verder in ondersteunen.
Overigens is de SINDA zo ontworpen dat het makkelijk uitvoerbaar is in de spreekkamer van de jeugdarts. Er zijn geen bijzondere materialen voor nodig. De instructie is zeer helder beschreven in het SINDA handboek en wordt gecombineerd met vele voorbeeldfilmpjes op de bijbehorende website. De items van de neurologische en socio-emotionele schaal worden gescoord onafhankelijk van de leeftijd. Dat maakt het snel inzetbaar op indicatie.
En, naar mijn mening levert de SINDA de JGZ nog iets anders op… Vakmanschap! Door het kennen en toepassen van de SINDA verbreden we onze kennis van de ontwikkelingsneurologie. Het biedt extra kansen om nog diepgaander naar de ontwikkeling van kinderen te kijken en het verrijkt dus onze mogelijkheden om adequaat te signaleren. Dat enthousiasmeert mij en draagt bij aan de doorontwikkeling en het aanzien van ons mooie vak.
Ik ben zo geïnspireerd geraakt door de SINDA dat het voor mij reden is geweest om in actie te komen. Zo ben ik de opleiding tot Van Wiechen-instructeur gaan volgen om me verder te verdiepen in het ontwikkelingsonderzoek. Ik heb contact gezocht met het NCJ en ben lid geworden van de Landelijke Expertgroep Ontwikkelingsonderzoek (LEO) om een bijdrage te leveren. Het is zo leuk op deze manier met je vak bezig te zijn en je werk naar een hoger plan te tillen. Mijn droom? Dat we met behulp van goed onderbouwde tools onze rol als expert op het gebied van vroegsignaleren kunnen waarmaken.
SINDA in de JGZ: denk met het NCJ mee!
Er zijn nog genoeg openstaande vragen. Hoe zouden we de SINDA kunnen toepassen in de JGZ? Hoe verhoudt de SINDA zich tot het van Wiechenonderzoek? Kan het gebruikt worden als verdieping? Zo ja, door wie? Hoe regelen we dit dan? Wat is nodig voor de uitvoer? Kortom, welke mogelijkheden zien we om de SINDA ook in de JGZ te implementeren? Momenteel buigt het NCJ zich hierover.
Het NCJ is op zoek naar JGZ-professionals die hier met ons over willen meedenken. Ben je enthousiast en wil je hier tijd voor vrijmaken? Neem dan contact op met Yvonne Vanneste
Enkele jaren geleden maakte Anouk van den Berg de overstap van de huisartsgeneeskunde naar de jeugdgezondheidszorg met een duidelijk doel voor ogen: zich inzetten voor een gezonder opgroeiende jeugd.
Siegnella Concincion kreeg in haar functie als jeugdverpleegkundige steun van de Gemeente Amsterdam, GGD Amsterdam, Jeugdgezondheidszorg, Amsterdamse Aanpak Gezond Gewicht (AAGG) en Sarphati Amsterdam om promotieonderzoek te doen gericht op het voorkomen en terugdringen van overgewicht bij kinderen.
Yolanda Wallenburg, AIOS jeugdgezondheidszorg, heeft zich tijdens haar stage bij het NCJ beziggehouden met het thema schoolverzuim. Haar blog werpt een blik op schoolverzuimbeleid in schoolgidsen: ‘’Als dit vooral gaat over regels en sancties en weinig over ondersteuning, staat iedereen met 1-0 achter’’, vertelt ze.
Versuft, verward en gedesoriënteerd zoekt men naar een nieuw houvast. Herwaarderen van wat het juiste is om te doen. Menswaardigheid weer vol in het licht zetten. Mensen zijn hier elkaars bondgenoten. Voortdurend maatschappelijk dialoog is de weg ernaartoe.
Voor leerlingen die kampen met ziekte, gaat het onderwijs niet altijd vanzelf. Marina van Egdom, AIOS M+G 1e fase, profiel JGZ, is ouder van zo’n kind. Haar persoonlijke ervaring heeft ertoe geleid dat ze zich inzet voor haar stage bij het NCJ en dat ze deelnam aan de doorontwikkeling van de interventie MAZL.
Vele gesprekken met kwetsbare cliënten heb ik gevoerd in mijn loopbaan. Voordat ik Nu Niet Zwanger (NNZ) kende, kwam het niet in mij op om kinderwens, seksualiteit en anticonceptie te bespreken tijdens mijn werk als jeugdverpleegkundige.
De razende stilstand waarin iedereen hard werkt om pech te temmen zal doorbroken moeten worden. Ruimte geven is de gamechanger. Dit jaar is het jaar van de ruimte. Be the change!
Ik haar blog vertelt AIOS Jeugdgezondheidszorg Rozanne Lakenman waarom de Shantala babymassage vanaf moment één indruk op haar maakte en hoe deze laagdrempelige interventie bij zowel het kind als de ouders ultieme rust brengt.
Op de website van het NCJ vind je vanaf nu het verhaal over het Van Wiechenonderzoek: een geheugensteun voor wat je aan ouders kan vertellen. Wij deelden dit nieuws al eerder, en nu vertelt ook Kirsten Smeding, die hieraan heeft gewerkt, over hoe zij deze totstandkoming heeft beleefd.
Aansluiten bij de beleving van een zeer jong kind, terwijl je investeert in de samenwerkingsrelatie met de ouder, in 15-20 minuten tijd, terwijl je ook nog het ontwikkelingsonderzoek dient te doen… Als je in de jeugdgezondheidszorg werkt, kan je in ieder geval niet zeggen dat je te weinig uitdaging ervaart in je werk.