Inloggen GIZ-professionals en -coördinatoren

Gezamenlijk Inschatten Zorgbehoeften (GIZ) is een gespreksmethodiek om samen te beslissen over passende zorg. Met een brede blik kijk je naar de samenhang tussen ontwikkeling, omgeving en opvoeding.

Veelgestelde vragen

Hieronder vind je alle veelgestelde vragen over de GIZ-methodiek. Het doel hiermee is alle, maar vooral ook nieuwe coördinatoren, trainers, coaches en uitvoerenden nóg beter faciliteren.

Staat jouw vraag er niet tussen? Een suggestie hiervoor kun je insturen via giz@ncj.nl.

Voor GIZ-coördinatoren

  • Implementatie

    Vraag: Welke onderwerpen moet ik meenemen in mijn implementatieplan?

    Antwoord: Er is een format beschikbaar voor het opstellen van een implementatieplan. In het implementatieplan moeten de volgende onderdelen terugkomen:

    • hoe de GIZ-methodiek past in het eigen werkproces;
    • scholing van de professionals;
    • inrichting van ondersteuning en intervisie;
    • monitoring van het gebruik;
    • tijdsplanning van alle implementatieactiviteiten;
    • communicatie naar professionals, ouders en jeugdigen over de nieuwe werkwijze.

    Het format helpt om de huidige situatie in kaart te brengen en verschillende implementatieactiviteiten op te stellen.

    Bijvoorbeeld: Doel, Besluitvorming, Betrokkenen & Rollen, Communicatie & Betrokkenheid (intern en extern), Tijdspad & Fasering, Registratie en andere randvoorwaarden, Financiële verantwoording.

    ――――

    Vraag: Professionals vragen waarom de GIZ-methodiek wordt geïmplementeerd.

    Antwoord: Besteed zo vroeg mogelijk, herhaaldelijk en vanuit een positieve invalshoek aandacht aan ‘the why’. Maak een verbinding met de missie en visie van de organisatie.

    ――――

    Vraag: Wanneer beginnen professionals met het integreren van de GIZ methodiek in hun werkzaamheden?

    Antwoord: Het is aan te bevelen dat professionals direct na de training beginnen met oefenen tijdens de consultvoering of cliëntgesprekken. In de beginfase moeten professionals gefaciliteerd worden met extra tijd. De ervaring leert dat extra tijd in de eerste periode om de GIZ eigen te maken de implementatie bevordert.

    ――――

    Vraag: Worden er binnenkort nieuwe filmpjes gemaakt?

    Antwoord: We hopen in 2025 nieuwe filmpjes te maken. Als je mee wilt werken aan de filmpjes of goede ideeën hebt, kun je je melden via giz@ncj.nl.

  • Communicatie

    Vraag: Hoe informeren we onze cliënten over het werken met de GIZ-methodiek?

    Antwoord: Neem de GIZ-boodschap mee in de kernboodschap van je organisatie. Gebruik bijv. de driehoek in de communicatiemiddelen met cliënten, zodat ze deze al een keer gezien hebben. Op het besloten gedeelte van de NCJ-website vind je voorbeelden van filmpjes die meegestuurd kunnen worden bij een uitnodiging, teksten voor op de website, of in ander voorlichtingsmateriaal aan ouders en jongeren.

  • Vragen over het organiseren van GIZ-trainingen

    Vraag: Wat moet ik intern organiseren voor aanvang van de training?

    Antwoord: Zie de infosheet organiseren interne trainingen.

    ――――

    Vraag: Kunnen onze professionals van verschillende disciplines samen getraind worden?

    Antwoord: Ja, dat kan en is aan te bevelen. Dan kunnen zij ook van elkaar leren en kan het de samenwerking middels de gemeenschappelijke taal van de GIZ bevorderen. Soms kan het echter beter zijn om per discipline te trainen omdat dan specifieker ingegaan kan worden op het specifieke werkproces.

    ――――

    Vraag: Wat moet ik doen als ik een scholing heb gemist? Hoe kan ik dit inhalen?

    Antwoord: Neem contact op met je GIZ-coördinator. De scholingsmodules hebben een vaste volgorde waarvan niet kan worden afgeweken. Dus als je bijvoorbeeld niet kunt deelnemen aan de eerste module, kun je niet deelnemen aan module twee en drie.

  • Huiswerk en oefeningen

    Vraag: Moet ik de spraakopnamen na gebruik in de training i.v.m. de privacy gelijk wissen?

    Antwoord: Als je de opnames veilig opslaat, kun je ze bewaren om later nog eens terug te luisteren. Vraag jezelf regelmatig af in hoeverre je de opnames nog nodig hebt. Bewaar ze niet langer dan strikt noodzakelijk.

  • E-learning

    Vraag: Hoe kunnen deelnemers inloggen op de JGZ-academie?

    Antwoord: De e-learning staat op de JGZ Academie. Voor de JGZ Academie heb je een account nodig. Als GIZ-coördinator kun je dit document met instructies delen.

    ――――

    Vraag: Als coördinator wil ik graag weten hoeveel professionals de e-learning hebben gedaan. Hoe kan ik dat zien? 

    Antwoord: Vraag dit binnen je organisatie aan de contactpersoon voor de JGZ academie. Deze persoon kan het opvragen bij de JGZ-academie van het NCJ.

    ――――

    Vraag: De e-learning staat niet op ‘voltooid’?

    Antwoord: Zorg dat je de e-learning buiten je digitale werkomgeving maakt. Soms ligt de reden daarvoor in het feit dat de e-learning aangeeft dat hij nog niet voor 100 procent is gemaakt. Dit is op te lossen door te checken of je alle filmpjes hebt bekeken of dit alsnog te doen. Mocht de e-learning nog niet worden opgeslagen, probeer dan opnieuw in te loggen.

    ――――

    Vraag: Welk moment is geschikt voor het volgen van de e-learning?

    Antwoord: Deelnemers moeten de e-learning doorlopen voordat ze de eerste trainingsdag volgen. We raden aan om niet eerder dan twee weken voorafgaand aan de eerste trainingsdag de e-learning te doorlopen. Als de GIZ training voor een nieuwe medewerker nog even op zich laat wachten, is het zinvol om de medewerker alvast de e-learning te laten doen.

  • Besloten omgeving NCJ

    Vraag: Hoe krijgen professionals toegang tot het besloten deel GIZ op ncj.nl?

    Antwoord: Als de professional de GIZ e-learning en training heeft voltooid, stuurt de eigen organisatie / de GIZ coördinator de deelnemerslijsten naar het NCJ. Het NCJ regelt de persoonlijke toegang voor de professional. Als coördinator kun je dit document delen.

  • Accreditatie

    Vraag: Hoeveel accreditatiepunten worden toegekend aan de scholing?

    Antwoord: In 2024:

    • Accreditatie SKJ (12): SKJ213554
    • Accreditatie AbSg (7), VSR (11), V&VN (12): ID 536816
    • Accreditatie Kwaliteitsregister Verloskundigen (7): ID 441727
    • Accreditatie KcKz (7): ID 546167
  • Handboek

    Vraag: Waar kan een professional het handboek vinden?

    Antwoord: In de e-learning kun je het handboek downloaden. Na het volgen van de training krijgt de professional toegang tot het besloten gedeelte van de NCJ website voor GIZ-professionals. Hier zijn het handboek en alle GIZ-schema’s in pdf te downloaden en filmpjes van GIZ-gesprekken te bekijken (wachtwoord: GIZZEN). Klik hier voor de instructie om in te loggen.

Voor GIZ-uitvoerders

  • GIZ-materialen

    Vraag: Hoe kom ik aan de GIZ materialen?

    Antwoord: Tijdens de eerste trainingsdag ontvang je een GIZ basisset. De GIZ-coördinator kan aanvullende GIZ-platen bestellen.

    ――――

    Vraag: Hoe krijg ik toegang tot het besloten deel GIZ op ncj.nl?

    Antwoord: Zodra je de GIZ e-learning en de trainingsmodules hebt voltooid, stuurt jouw organisatie de deelnemerslijsten naar het NCJ. Zij regelen jouw persoonlijke toegang. Zie ook het dit document dat jouw coördinator met je kan delen.

    ――――

    Vraag: Hoe kan ik de instructiefilmpjes kijken op de website van het NCJ?

    Antwoord: De filmpjes zijn te vinden op het besloten deel voor professionals. Vraag je coördinator om de links van de filmpjes te delen in de organisatie. Het wachtwoord om de filmpjes te bekijken is GIZZEN.

    ――――

    Vraag: Kan ik de GIZ-schema’s ook krijgen in andere talen?

    Antwoord: Ja, in diverse talen: Engels, Frans, Pools, Spaans, Papiamento, Turks, Syrisch Arabisch, Pools, Oekraïens, Tigrinya. Ze zijn online beschikbaar op het besloten gedeelte van de NCJ-website en fysieke exemplaren zijn te bestellen via de interne GIZ-coördinator bij Buro Extern. Download de schema’s en zet het ook intern op een handige plek.

    ――――

    Vraag: In welke formaten zijn de schema’s beschikbaar?

    Antwoord: De schema’s in A4 en A3 beschikbaar via Buro Extern. Alle GIZ-schema’s staan als pdf op het besloten gedeelte van de NCJ-website en kun je zelf printen in een ander formaat.

    ――――

    Vraag: Welke materialen zijn er beschikbaar voor de geboorteketen cliënten met een niet Nederlandse achtergrond?

    Antwoord: Er zijn voor GIZ-professionals in de geboortezorg video’s ontwikkeld in tien verschillende talen. Dit moet ervoor gaan zorgen dat het GIZ-gesprek over kraamzorg met ouders met migrantenachtergrond makkelijker gevoerd kan worden en dat kraamzorg voor deze groep gezinnen toegankelijker wordt. Daarnaast zijn de GIZ-kaarten beschikbaar in diverse talen.

    ――――

    Vraag: Zijn er specifieke GIZ-materialen voor professionals die werkzaam zijn in de geboorteketen?

    Antwoord: Ja. Er zijn GIZ-schema’s voor tijdens de zwangerschap, voor en na de geboorte. Er zijn ook bijsluiters beschikbaar met voorbeeldzinnen voor de verschillende GIZ-items.

  • Inhoud van de methodiek

    Vraag: Waarom staat ‘middelengebruik’ of alcohol/drugs/gokken niet expliciet op de GIZ-driehoek?

    Antwoord: Er is geen apart item nodig, omdat je dit onderwerp kunt bespreken onder het item ‘’Gezondheid’’. In de nieuwe versie van de GIZ-schema’s wordt dit ‘’Gezondheid en Leefstijl’’. De gekozen termen van de GIZ-driehoek zijn bewust neutraal en breed geformuleerd. Onder ‘‘Gezondheid’’ valt een breed scala aan onderwerpen, bijvoorbeeld: ziektegeschiedenis, zelf ervaren gezondheid, gezond eten, bewegen, slapen, het vermijden van drugs, alcoholgebruik, medicijnen etc. De open formulering nodigt de cliënt uit om een eigen invulling te geven aan dit begrip.

    Veel JGZ-organisaties werken met vragenlijsten die vooraf worden ingevuld. Bijvoorbeeld ‘‘Gezond leven? Check het even!’’ waarin uitgebreid naar alcohol, middelengebruik en drugs gevraagd wordt. Het is aan de professional om hierop door te vragen tijdens het GIZ-gesprek. In de GIZ-training besteden we steeds meer aandacht aan het vakmanschap van professionals om ook verdiepende vragen te stellen om risico en beschermende factoren goed in kaart te brengen.

    We proberen de GIZ-driehoek daarnaast overzichtelijk te houden en willen daarom niet nog meer items toevoegen. In de nieuwe materialen zijn we overgestapt naar een structuur van 3 x 5 items. Het maximum aantal van 15 items is de begrenzing die ons dwingt keuzes te maken.

    Op de GIZ-matrix wordt bij de beschrijving van het item Gezondheid wel concreter alcohol, roken en drugs vermeld. Gokken nu nog niet. Dit zullen we in overweging nemen bij een nieuwe versie.

    ――――

    Vraag: Waarom staat sport niet op de GIZ kaart? 

    Antwoord: Sport en bewegen kan vanuit het gezondheidsaspect worden bevraagd, daarom staan er meerdere picto’s bij ‘gezondheid’. Naast voeding ook ‘beweging’ zoals kind met fietsje en kind met vlieger, jongere in stretch houding. Sportactiviteiten worden ook wel besproken bij “vrije tijd”. Daarnaast is er beperkte ruimte op de GIZ-driehoek en moeten we keuzes maken om de driehoek overzichtelijk te houden.

    ――――

    Vraag: Ik werk al vanuit een brede blik, in hoeverre voegt de GIZ- methodiek dan iets toe?

    Antwoord: Het is heel fijn dat je al vanuit een brede blik werkt, dan zul je snel met de GIZ uit de voeten kunnen. Uit onderzoek blijkt dat werken vanuit een brede blik niet wil zeggen dat je ook alles bespreekt. De visuele GIZ-tools zorgen voor transparante communicatie en je bevordert de actieve deelname van de cliënt. Met de GIZ laat je de cliënt ook zien welke onderwerpen besproken kunnen worden en het laat ook zien wat allemaal een rol speelt bij gezond en veilig opgroeien. Het proces vindt niet alleen plaats in jouw hoofd, maar ligt met de gesprekskaart ook visueel op tafel en maakt zichtbaar wat je doet en wat je overwegingen zijn. De brede blik met behulp van de GIZ-driehoek stelt je daarnaast in staat om balans te houden tussen krachten en zorgen en samen te beslissen.

    ――――

    Vraag: Hoe komt het dat er meerdere items op de driehoek staan en dat die op de matrix samen zijn genomen? 

    Antwoord: Helaas was de ruimte beperkt voor de matrix, waardoor er een keuze gemaakt is om sommige items samen te voegen. In de nieuwe GIZ-schema’s (2025) wordt het aantal items van de driehoek en de matrix met elkaar in lijn gebracht.

    ――――

    Vraag: Is de GIZ ook geschikt om te gebruiken bij kinderen met een licht verstandelijke beperking (LVB) en bij kinderen op het speciaal onderwijs? 

    Antwoord: Ja, de GIZ is geschikt om te gebruiken bij kinderen met een LVB. De GIZ gebruikt picto’s die helpen om de verschillende onderwerpen begrijpelijk te maken voor diverse doelgroepen. In het handboek staan tips voor het gebruik van de GIZ bij cliënten die laaggeletterd zijn en/of een LVB hebben.

    ――――

    Vraag: Komt er ook een GIZ-schema voor volwassenen? Bij welk item onderzoek je eventueel problemen en psychopathologie van ouder(s) zelf en hoe noteer je dat?

    Antwoord: Op dit moment wordt er geen GIZ-schema voor volwassenen ontwikkeld. In de nieuwe GIZ-schema’s zal wel het item ‘’Jouw gezondheid en Gevoelens’’ worden toegevoegd aan de ouder-zijde. Daar kun je dit onderwerp bespreken. Bij ‘‘Gezin’’ in de huidige/oude GIZ-schema’s  gaat het om het bespreken van de geschiedenis en het functioneren van het gezin. Hier kan je vragen naar de (mentale)gezondheid van de gezinsleden. Er zijn ook andere instrumenten die bruikbaar zijn, zoals het spinnenweb Positieve Gezondheid of de Zelfredzaamheid-Matrix. Voor het noteren van bijzonderheden over de gezondheid van de ouders volg je de regels van je organisatie. Voor de JGZ zal dit genoteerd worden in een ouderdossier.

  • Algemene toepassing GIZ-methodiek

    Vraag: Hoe kun je je het beste voorbereiden op een GIZ gesprek?

    Antwoord: Zorg dat je de beschikbare relevante informatie gelezen hebt en dat je alle benodigde spullen hebt. Blijf nieuwsgierig naar de cliënt ondanks je voorinformatie.

    ――――

    Vraag: Wat gaat de GIZ methodiek mij opleveren als professional?

    Antwoord:

    • Door het gebruik van de GIZ methodiek nemen ouders en/of jeugdigen actief deel aan het proces. Hiermee wordt eigen kracht gestimuleerd en gelijkwaardig partnerschap opgebouwd. Er wordt transparant en gestructureerd gecommuniceerd met ouders en jeugdigen en desgewenst een gezamenlijk ondersteuningsplan bedacht waarin de behoefte van het gezin centraal staat.
    • De GIZ biedt structuur voor het gesprek en zorgt ervoor dat je alle belangrijke onderwerpen betrekt in je analyse hoe het gaat met het gezin.
    • Door middel van monitoring is er zicht op de ontwikkelingen van de krachten en behoeften van het gezin.
    • Door het gebruik van de GIZ zien we dat enerzijds je beter signaleert, anderzijds ervaren ouders na het gesprek minder zorgen en zorg je dus voor normalisering van opvoedvragen.
    • Tevens blijkt uit het effectonderzoek dat de GIZ positieve effecten heeft op de tevredenheid van de ouders/jeugdigen, met name over wat besproken wordt en hun eigen inbreng.

    ――――

    Vraag: Hoe houd ik als professional regie in het gesprek? 

    Antwoord: De kern van de GIZ-methodiek is het versterken van de cliëntbetrokkenheid en samen beslissen over passende ondersteuning. Samen beslissen in de GIZ betekent dat de inbreng van de cliënt en de professional beide belangrijk zijn. In tegenstelling tot een situatie waarin de professional alleen beslist of de cliënt alleen beslist. Als professional houd je altijd ook een eigen verantwoordelijkheid voor jouw professioneel handelen. Samen beslissen doet recht aan ieders autonomie en zorgt voor een gedragen oplossing in het belang van de cliënt. Het is de autonomie van de professional om te adviseren wat nodig is, gezien de huidige situatie van de cliënt. Het is de autonomie van de cliënt om daar wel of geen gebruik van te maken.

    ――――

    Vraag: Wat doe ik als de cliënt zelf geen onderwerpen inbrengt? 

    Antwoord: Als je resultaten hebt van een vragenlijst, kun je dat als startpunt gebruiken voor het gesprek. Je kunt open vragen stellen om het gesprek op gang te brengen. Bijvoorbeeld: Je ziet hier allemaal items die belangrijk zijn voor de ontwikkeling van je kind. Wat gaat er goed? Waar ben je tevreden over? Zijn er ook onderwerpen waar je je zorgen over maakt of vragen over hebt? Soms heeft een cliënt meer tijd nodig. Geef nadenktijd en herhaal je vraag.

    ――――

    Vraag: Wat kun je doen als cliënten veel blijven praten?

    Antwoord: Je kunt teruggrijpen naar de agenda, het doel en de duur van het gesprek. Ook kun je omcirkelen op de driehoek of matrix waar de cliënt het over heeft. Gebruik de gesprekstechniek samenvatten en/ of reflecteren om het gesprek te structureren.

    ――――

    Vraag: Als ik zorgen heb om een gezin en ouders benoemen deze zorgen niet uit zichzelf tijdens het gesprek, mag ik deze dan inbrengen?

    Antwoord: Ja, de GIZ methodiek is een gezamenlijke inschatting. Hierbij is zowel de kijk van ouders als van jou als professional van belang. Je mag jouw zorgen zeker inbrengen. Doe dit wel op een manier die passend is binnen de GIZ gespreksmethode (denk hierbij aan de gespreksvaardigheden die onderdeel zijn van de GIZ methode).

    ――――

    Vraag: Hoe integreer ik de GIZ basishouding ABC in mijn werkwijze?

    Antwoord: In de GIZ basishouding versterk je bij de ander: ik kies zelf (autonomie), ik hoor erbij (verbondenheid), ik kan het (competentie). Dit draag je uit door het gebruik van je motiverende en oplossingsgerichte gesprekstechnieken.

  • Registratie

    Vraag: Hoe en wat registreer ik over het GIZ gesprek in het digitaal kinddossier?

    Antwoord: Voor de JGZ: Dit hangt af van het type dossier en de afspraken binnen je organisatie. Neem hiervoor contact op met je GIZ-coördinator.

    De GIZ is opgenomen in de BDS. Leveranciers van dossiers zijn verplicht de BDS in de dossiers te bouwen. Concreet betekent het dat je kan registreren of er bijzonderheden zijn op de drie dimensies van de GIZ-driehoek. Bij het gebruik van de GIZ-matrix kan je de inschatting van de ernst van de zorgen voor 10 items op vijf niveaus noteren. En je kan een conclusie van de zorgbehoeften op 5 niveaus noteren, naar aanleiding van het gesprek met de GIZ-driehoek of de GIZ-matrix.

    Bij de meeste JGZ organisaties zijn afspraken dat ze bevindingen op de daarvoor bestemde BDS items moeten noteren.

  • Tijdsinvestering

    Vraag: Kost het inzetten van de GIZ-methodiek niet veel meer tijd? Ik heb al zo weinig tijd in mijn consulten en nu moet ik dit er ook nog bij doen. Ga ik niet enorm uitlopen?

    Antwoord: Nee, uiteindelijk niet. Een nieuwe methode vraagt in het begin wat oefening en ook wat extra tijd om het je goed eigen te maken. Uit ervaring van professionals die vaker met de GIZ werken, blijkt dat ze niet meer tijd kwijt zijn met de methodiek. Ze zijn het consult anders gaan voeren en stellen niet meer aan iedere cliënt alle vragen. Het landelijk professioneel kader geeft je handvatten voor het aansluiten bij gezinnen en toch je vakmanschap in te zetten. De GIZ helpt hen ook heel transparant te maken waar de JGZ naar kijkt en ze bieden de gelegenheid de ouder / jongere aan te laten geven waar deze vragen over hebben of zich zorgen maken en daar sluiten ze bij aan.

    Als je blijft doen wat je gewend bent te doen en daar de GIZ aan toevoegt, kost het inderdaad meer tijd. Het vraagt wel om een goede integratie in je werkproces en soms ook loslaten van de gangbare structuren en gespreksonderwerpen die je standaard gewend bent te bespreken. De grootste verandering is dat je de ouder en jongere veel actiever betrekt en aansluit bij de zorgbehoeften van de cliënt. Soms is een discussie intern nodig over wat je altijd moet vragen en wat je bespreekt op indicatie.

    Uiteindelijk helpt de GIZ methodiek om nog beter aan te sluiten bij de hulpvraag van de cliënt en dat levert tijd op. Je aanpak wordt effectiever voor de cliënten. Als kinderen met serieuze problemen geen hulp ontvangen en andere kinderen zonder serieuze problemen wel gespecialiseerde hulp ontvangen, spreken we van een mismatch. Deze mismatch tussen zorgbehoeften en daadwerkelijke zorg leidt tot onder- en overbehandeling. De achterliggende problematiek, die dikwijls op verschillende leefgebieden ligt en in het gezinssysteem wortelt, kan met behulp van de GIZ in beeld worden gebracht. Anderzijds kan met instemming van de cliënt de frequentie van de zorg worden verminderd wanneer blijkt dat alles goed gaat. Door de GIZ te gebruiken kun je een mismatch vaker voorkomen.

    ――――

    Vraag: Ik heb nog veel aandacht nodig voor de tools, waardoor ik minder ruimte heb voor de cliënt.

    Antwoord: Dit is heel herkenbaar en hoort bij het leerproces. Tip: vraag meteen wat de cliënt wil bespreken. Bestudeer de onderwerpen en bedenk welke vragen je hierbij kunt stellen. Er worden bijsluiters ontwikkeld die je daarbij kunnen helpen.

    ――――

    Vraag: Hoe gebruik ik de GIZ- Methodiek op het consultatiebureau (cb)? Daar is veel minder tijd.

    Antwoord: Op het cb is de GIZ-methodiek te gebruiken als instrument om gelijkwaardig het gesprek aan te gaan. Geef een korte introductie en benoem dat je niet alle punten van de GIZ-kaart gaat bespreken. Vraag waar ouders tevreden over zijn/ wat goed gaat en waar ze zorgen over hebben. Wees duidelijk in je agenda setting. Maak indien nodig een nieuwe afspraak wanneer uit de eerste signalering blijkt dat er meer speelt dan jij tijdens de 20 minuten op cb kunt behandelen. Wanneer de GIZ herhaald wordt ingezet zal de introductietijd afnemen. Ook zijn er goede voorbeelden van introductieflimpjes voor ouders die vooraf meegestuurd kunnen worden bij de uitnodiging.

    ――――

    Vraag: Hoe houd ik regie op de tijd van het gesprek/consult? Hoe kan ik de tijd goed bewaken?

    Antwoord: De cliënt heeft regie op wat hij of zij vertelt, en jij hebt de regie op de tijd en de structuur van het gesprek. Tijdens het bespreken van de agenda geef je aan wat je gaat doen, wat je verwacht van de cliënt en hoeveel tijd jullie daar samen voor hebben. Je geeft ook aan dat als een onderwerp meer tijd vraagt, je dan een vervolgafspraak maakt. Houd in acht dat het probleem of een vraag niet in één gesprek opgelost hoeft te worden. Bedenk dat je normaal gesproken ook tijd inruimt voor het geven van adviezen dus dat vraagt geen extra tijd.

  • Prenataal huisbezoek

    Vraag: Hoe gebruik ik de GIZ tijdens het prenatale huisbezoek?

    Antwoord: Ouders die in aanmerking komen voor een prenataal huisbezoek worden verwezen vanwege een bepaalde kwetsbaarheid. Net als bij ouders 0-12 en jeugdigen zet je ook hier de GIZ in om zorgbehoeften samen in kaart te brengen en samen te beslissen over gewenste ondersteuning. Vaak speelt er van alles en helpt de GIZ in structurering en het maken van een ondersteuningsplan met doelen en acties. Gebruik de GIZ ook om de ingezette acties te evalueren, dat vergroot de effectiviteit van de JGZ ondersteuning.

    Het prenatale huisbezoek is voor veel ouders het eerste contact met de JGZ en dus ook een introductie van onze werkwijze. In je uitleg over wat de JGZ te bieden heeft kun je de GIZ al heel goed introduceren. Je kunt de verschillende aspecten van ons werk al laten zien aan de hand van de GIZ-driehoek. Het laat ouders tevens zien wat allemaal van invloed is op het welbevinden van hun baby in de buik. Het laat ook zien waar we als JGZ aandacht voor hebben en wat bespreekbaar is. In het groeiboekje staat ook een afbeelding van de GIZ die je ook kunt laten zien of gebruiken. Ouders ervaren door het gebruik van de GIZ direct dat ze zelf ook regie hebben en dat we transparant zijn. Vraag naar wat goed gaat en gebruik dat om ouders in hun rol te bekrachtigen. Heb daarnaast aandacht voor vragen van ouders.

  • Toepassing GIZ-driehoek

    Vraag: Hoe noem ik GIZ-driehoek naar de cliënt?

    Antwoord: Om vaktaal te vermijden is het raadzaam om een andere term te gebruiken. Bijvoorbeeld gesprekskaart, gespreksplaat of gespreksdriehoek.

    ――――

    Vraag: Hoe doe ik de introductie met de GIZ driehoek bij een cliënt die nog niet weet wat je voor hem of haar kunt betekenen?

    Antwoord: In je introductie vertel je wat de cliënt van jou kan verwachten. Benadruk dat je samen gaat kijken hoe het gaat en je de inbreng van de cliënt hierin belangrijk vindt. Je gebruikt de gespreksplaat als onderlegger en legt uit hoe de GIZ-plaat werkt. Het blijft belangrijk om je eigen woorden en taal te vinden om aan te sluiten bij de cliënt. Juist in de eerste setting en aan het begin van ieder gesprek is dat extra belangrijk. Het vinden van je eigen taal, laagdrempelige vragen en woorden en de manier waarop je het introduceert is iedere keer weer maatwerk. Dat doe je op basis van jouw professionele inschatting.

    ――――

    Vraag: Wanneer moet ik de GIZ-plaat in het gesprek gebruiken, wanneer leg ik deze op tafel?

    Antwoord: Net als in ieder gesprek maak je eerst contact met de ouder/jongere om te verbinden. Als je daarna overgaat naar de inhoud van het gesprek waarvoor je komt, introduceer je de GIZ-driehoek. Dit helpt je ook om samen structuur aan het gesprek te geven.

    Je kunt uitleggen dat je het graag samen doet en daar die kaart voor gebruikt. Dat je samen wilt bespreken hoe het nu gaat en welke vervolg ondersteuning (eventueel) gewenst is. Ook kun je als introductie uitleggen wat er allemaal een rol speelt bij gezond en veilig opgroeien en waar je als professional naar kijkt en vragen over wilt stellen. Vervolgens nodig je de cliënt uit aan te geven waar deze het over zou willen hebben. Of je kunt gericht vragen naar wat er goed gaat, waar vragen of zorgen over zijn. Bij voorkeur gebruik je dus de kaart bij de vraagverheldering / de anamnese aan het begin van het gesprek.

    Soms kom je direct al ‘dieper’ in gesprek en voelt het niet ondersteunend om de GIZ-driehoek in te brengen. Dan kun je dit ook op een later/passend moment in het gesprek doen en de GIZ-driehoek gebruiken om samen te vatten; inzicht te geven hoe ingebrachte aspecten samenhangen en wat goed gaat, daar waar nodig nog door te vragen op relevante punten en je professionele inbreng te geven.

    ――――

    Vraag: Niet alle onderwerpen die ik bespreek staan op de GIZ driehoek. Hoe moet ik de driehoek dan uitleggen?

    Antwoord: Er zijn voorbeelden van onderwerpen die niet direct zijn terug te vinden in de pictogrammen, zoals slapen en eten. Deze kun je categoriseren onder de picto ‘gezondheid’. Als je weet welke pictogrammen op de driehoek staan, ondersteunt dit jou hierin. Ook ondersteunt het jou in de uitleg naar cliënten hoe ze bepaalde pictogrammen kunnen interpreteren. Voor de cliënt zijn de picto’s associaties. Als er iets is wat bij hem/haar vooraan in zijn/haar ervaringen zit, zal hij/zij dit inbrengen en iets noemen.

    ――――

    Vraag: Welke startvragen kan ik gebruiken in het gesprek? 

    Antwoord: Enkele suggesties:

    • We pakken deze gesprekskaart (driehoek) erbij om samen te kijken wat er op dit moment speelt rondom / hoe het gaat met de gezondheid en ontwikkeling van je kind.
    • Waar wil je het vandaag graag over hebben? Deze gesprekskaart kan hierbij helpen.
    • Heb je deze gesprekskaart (driehoek) al eens eerder gezien?

    ――――

    Vraag: Gebruik ik de GIZ-methodiek bij ieder gesprek of contactmoment?

    Antwoord: De GIZ-methodiek vormt een integraal onderdeel van je werkwijze en kun je bij nagenoeg alle contactmomenten toepassen. Hoe meer het gebruikt wordt, hoe minder uitleg je hoeft te geven. Hiermee help je niet alleen de cliënt en jezelf, maar ook je collega’s waarmee je samenwerkt.

    ――――

    Vraag: Bij welke contactmomenten (JGZ) kan ik het beste starten met het uitvoeren van de GIZ-methodiek?

    Antwoord: Het is sterk aan te bevelen om direct te starten met de gesprekskaart bij prenataal en postnataal huisbezoek.

    ――――

    Vraag: Wat als een cliënt zegt, ik wil het alleen ‘hier’ over hebben. Hoe zit dat dan met samen beslissen?

    Antwoord: Met de GIZ-driehoek kan je laten zien dat een goede ontwikkeling door verschillende factoren wordt beïnvloed. Je nodigt de cliënt eerst uit om aan te geven waar deze het over wil hebben. Daarbij volg je het tempo van de cliënt. Je kunt dan aanvullend vanuit je professionaliteit vragen stellen om een beter beeld te krijgen. Als je samen krachten en zorgbehoeften in kaart brengt, ontstaat er inzicht in de balans van krachten en zorgen. Vandaaruit kun je je cliënt laten prioriteren.

    ――――

    Vraag: Moet ik alle onderwerpen van de GIZ-kaart bespreken met de cliënt?

    Antwoord: Het soort contactmoment is van invloed. Voor een kort signalerend contactmoment is het niet nodig alle GIZ-items op de driehoek te bespreken. De cliënt wordt uitgenodigd te bespreken wat voor de cliënt op dat moment belangrijk is. De professional zal meestal ook eigen gesprekspunten inbrengen, maar dat gaat nooit over alle GIZ-items. Als het een contactmoment op indicatie is of een intake voor jeugdhulp zal het wel wenselijk zijn alle onderwerpen te bespreken om een goed overzicht te krijgen van krachten en zorgen. Voor dit soort gesprekken is ook meer tijd beschikbaar.

    ――――

    Vraag: Moeten alle drie de zijden (ontwikkeling, opvoeding en omgeving) aan bod komen?

    Antwoord: Ja, voor alle drie de aandachtsgebieden nodig je de cliënt uit om te benoemen hoe het daar mee gaat. Wat gaat er juist goed? En zijn er nog vragen, onzekerheden of zorgen rondom dit aandachtsgebied?

    ――――

    Vraag: Hoe combineer je het werken met de GIZ-driehoek met triage?

    Antwoord: Triage is bedoeld om de ernst en urgentie van de hulpvraag te beoordelen,  dus dat past heel goed bij het bespreken van de GIZ-driehoek, waarbij je zorgbehoeften signaleert.

    ――――

    Vraag: Hoe doe ik een telefonische anamnese met de GIZ-driehoek? 

    Antwoord: Deel de GIZ-driehoek met de cliënt vóórdat je het telefoongesprek hebt. Dat kan bijvoorbeeld via whatsapp, per e-mail of zet de GIZ-driehoek op je website. Vraag aan de cliënt om de GIZ-driehoek erbij te pakken tijdens het telefoongesprek. Je kunt telefonisch de GIZ-driehoek introduceren en per besproken onderwerp aangeven met welk pictogram dat overeenkomt op de GIZ-kaart. Overweeg beeldbellen, want dan kan je via schermdelen samen naar het GIZ-schema kijken. Ook is het mogelijk er op te tekenen.

    ――――

    Vraag: Hoe gebruik ik bestaande vragenlijsten in samenhang met GIZ?

    Antwoord: De uitkomsten van de vragenlijsten blijven een belangrijke input voor jou als professional. Tijdens het bespreken van de agenda geef je aan dat je de uitkomsten van de vragenlijsten wil bespreken. Dit is onderdeel van jouw professionele inbreng, naast de inbreng die ouders/ jongeren hebben. Op de GIZ driehoek kun je eventueel aanvinken of omcirkelen wat de belangrijkste punten zijn die uit de vragenlijst naar voren komen. Hiermee maak je een visuele vertaalslag. Vragenlijsten zoomen vaak wat meer in op problemen. Door het GIZ-gesprek krijg je een brede blik en is er ook aandacht voor de krachten naast de zorgen en kun je verdiepend ingaan op de aangegeven onderwerpen.

    ――――

    Vraag: De SDQ wordt van tevoren ingevuld door ouders thuis. Hoe verhoudt dat zich tot de GIZ-driehoek? 

    Antwoord: De vragen uit de SDQ richten zich voor een groot deel op de ontwikkeling van het kind en voor een klein deel op de omgeving en de ouders. De score gaat met name over ontwikkeling. Het is belangrijk met ouders tijdens het bespreken van de SDQ aandacht te hebben voor de omgevingskant en de ouderkant. De GIZ-methodiek vormt dus een mooie aanvulling en kader voor het gesprek over de SDQ uitslag, omdat het de samenhang laat zien tussen ontwikkeling, omgeving en ouders/opvoeding.

    De beslishulp beschrijft hoe GIZ zich verhoudt tot andere vragenlijsten, waaronder de SDQ.

    ――――

    Vraag: Ik heb het idee dat ik alles dubbel doe: eerst de vragenlijst laten invullen en dan de driehoek invullen.

    Antwoord: Het gebruiken van de GIZ methodiek in combinatie met de vragenlijst is juist ondersteunend. Vragenlijsten zoomen vaak wat meer in op problemen. Door het GIZ-gesprek krijg je een brede blik en komt er ook aandacht voor krachten naast de zorgen. Je kunt de uitkomsten van een vragenlijst koppelen aan de verschillende GIZ-items tijdens je gesprek. Daarnaast kan het GIZ-gesprek aanleiding zijn om een vragenlijst af te nemen om dieper in te zoomen op de zorgen.

    ――――

    Vraag: Wat doe je met de 80% van de gezinnen waar het goed gaat? Gebruik je de GIZ-driehoek dan ook?

    Antwoord: Ja,  vooraf weet je niet of alles goed gaat, daarom doe je in principe de GIZ-driehoek bij iedereen. Anders is het afhankelijk van het oordeel van de professional.

    Als blijkt dat alles goed gaat is het een belangrijke functie van de GIZ om gezinnen te bekrachtigen. Door het gebruik van de GIZ-driehoek vergroot je het inzicht wat allemaal een rol speelt bij gezond en veilig opgroeien en geef je de cliënt zelf inzicht dat inderdaad veel goed gaat, wat het zelfvertrouwen versterkt.

    ――――

    Vraag: Is het aan te raden om de GIZ-methodiek te gebruiken bij enkelvoudige vragen?

    Antwoord: Ja, ook bij enkelvoudige past de GIZ-methodiek. Je bespreekt daardoor niet alleen de vragen en zorgen, maar ook de krachten. Zo plaats je het probleem in een breder kader en ligt de focus niet alleen op het probleem.

    ――――

    Vraag: Hoe kun je de GIZ gebruiken als vooraf al duidelijk is welke zorg er nodig is? 

    Antwoord: Een fundament van de GIZ is de brede uitvraag, zodat je een completer beeld krijgt van een gezin. Het aandacht geven aan meerdere leefgebieden levert drie dingen op. Ten eerste dat je het gezin leert kennen en dat je onverwachte factoren kunt ontdekken die het probleem veroorzaken of in stand houden. Ten tweede kun je krachten ontdekken, deze bekrachtigen en inzetten om het probleem mee aan te pakken. Ten derde geeft het cliënten een metapositie; het helpt hen om het probleem in perspectief te zien en om hun situatie te overzien. Uit onderzoek blijkt dat een metapositie in kunnen nemen, werkt als buffer tegen stress.

    ――――

    Vraag: Vanaf welke leeftijd kan ik een GIZ gesprek voeren met een kind?

    Antwoord: Vanaf acht jaar kun je een GIZ-gesprek voeren met een kind. Gebruik daarbij de GIZ-driehoek of de GIZ-matrix ‘kind versie’.

    ――――

    Vraag: Hoe kan ik met de GIZ-methodiek ook een 5-jarig kind goed betrekken?

    Antwoord: In gesprekken met kinderen onder acht jaar begin je met aandacht voor het kind. Daarna maak je de overstap naar de ouder. Leg altijd de GIZ plaat op tafel, dan kan de ouder daar vast naar kijken. Bij (jonge) kinderen zit het hem, los van de GIZ-methodiek, juist ook in manier van bejegening en contact maken. Dit begint al bij het eerste contact, bijvoorbeeld: ‘‘Welkom [naam kind]’’. Praat op ooghoogte van het kind in begrijpelijke taal. Vraag ook (tussentijds) aan het kind: ‘’Hoe vind jij dat het gaat? Wil jij (nog) wat vragen?’’ Open vragen zijn voor jonge kinderen vaak moeilijk te beantwoorden. Probeer concrete vragen te stellen en te koppelen aan de situatie van het kind, bijvoorbeeld: ‘‘Met wie heb je vandaag gespeeld, wat heb je gedaan bij het buiten spelen?’’.

    ――――

    Vraag: Is het handig om een geprinte versie van de GIZ-driehoek op A4 mee te geven aan ouders?

    Antwoord: Ja, dat kun je doen. Voor cliënten kan het fijn zijn om na het gesprek de GIZ-driehoek nog eens te bekijken. Dat kan hen helpen om de besproken onderwerpen in samenhang te zien. Het kan ook behulpzaam zijn voor de cliënt om met anderen te bespreken wat er aan bod is gekomen in het consult. Sommige organisaties hebben de GIZ-driehoek op kaartjes voor ouders gezet.

    ――――

    Vraag: Ik vind de platen zo kinderachtig. Voelen ouders zich niet betutteld?

    Antwoord: Nee, uit onderzoek is gebleken dat ouders na het hebben van een gesprek volgens de GIZ methodiek meer tevreden zijn over het gesprek dan bij het hebben van een gesprek volgens de reguliere methode. We hebben ook versies van de GIZ ontwikkeld met alleen tekst. Cliënten bleken een voorkeur te hebben voor de pictogramversies.

    ――――

    Vraag: Hoe weet je of ouders wel op zo’n GIZ plaat zitten te wachten?

    Antwoord: De GIZ is een bewezen effectieve gesprekstool en er is ook onderzoek gedaan naar de ervaringen van ouders met de GIZ. De reacties waren overwegend positief. De meeste ouders gaven aan dat het GIZ-gesprek fijn verliep. Ouders en jongeren ervaren dat ze door de GIZ meer inzicht hebben gekregen in hun eigen krachten en zorgen. Het gesprek was gestructureerd en ze voelden zich gehoord.

    Je kunt een instemmingsvraag stellen: “Ik wil graag deze praatplaat gebruiken om samen met jou te kijken hoe het gaat met [naam kind] en jullie gezin. Vind je het goed als ik je uitleg hoe dit werkt?”.

    ――――

    Vraag: Voor sommige ouders/jongeren, bijvoorbeeld met LVB, is de GIZ-driehoek wel heel veel. Hoe kan ik deze dan toch gebruiken?

    Antwoord: Net als in andere gesprekken is het belangrijk om dan goed aan te sluiten in taal en tempo. De GIZ-driehoek kan juist heel behulpzaam zijn. Bied de informatie gedoseerd aan door bijvoorbeeld de zijden van de driehoek af te dekken die je niet bespreekt. De zorgen- en krachtenanalyse kun je ook met kleurtjes of fiches op de driehoek doen i.p.v. de matrix. Geef heldere informatie, kort en krachtig. Op het besloten gedeelte van de NCJ website staat aanvullende informatie over het gebruik van de GIZ bij cliënten met een LVB.

    ――――

    Vraag: Hoe kan ik de GIZ-driehoek gebruiken bij kinderen/jongeren in het speciaal onderwijs?

    Antwoord: Het is belangrijk om goed aan te sluiten bij wat kinderen en ouders nodig hebben. De GIZ methodiek is een hulpmiddel en geen doel op zich. De GIZ-driehoek dient als visuele ondersteuning in de communicatie en maakt de jongere actief. Soms is het beter om de informatie gedoseerd aan te bieden door de plaat/zijden van de driehoek af te dekken. Juist in het speciaal onderwijs, waar kinderen en ouders vaak met meerdere hulpverleners te maken hebben gehad, is het fijn dat ze zelf regie kunnen voeren. Als professional krijg je met de GIZ-driehoek een totaalbeeld van de krachten en zorgen binnen een gezin.

    ――――

    Vraag: In welke situaties kan ik de gesprekskaart nog meer gebruiken als ik niet in gesprek ben met een cliënt?

    Antwoord: Tijdens intercollegiaal overleg en intervisie.

  • Toepassing GIZ-matrix

    Vraag: In welke setting in de keten wordt voornamelijk gewerkt met de matrix?

    Antwoord: Je werkt met de matrix als het primaire doel is om de ernst en de aard in kaart te brengen in plaats van alleen te signaleren. Een aantal voorbeelden van professionele settingen: indicatiebezoeken en consulten, prenatale huisbezoeken JGZ, jeugdhulp en schoolverzuimconsulten.

    ――――

    Vraag: Mag ik de matrix ook inzetten als signaleringsinstrument en opsturen naar de cliënt om in te vullen? Zodat ik daarna de uitkomsten kan nalopen? 

    Antwoord: Zonder toelichting vooraf raden we dat niet aan. De GIZ-methodiek is een gespreksmethodiek en geen signaleringsvragenlijst. Je komt dan in de knel met het karakter van de GIZ en het werkzame element samen beslissen. Het is denkbaar dat je de matrix inzet als een vervolg op een gesprek met de driehoek. Als je het doel en de werkwijze hebt uitgelegd, zou je om tijd te besparen, de cliënt kunnen vragen thuis na te denken over de GIZ beschrijvingen en deze te scoren. In een volgend gesprek kunnen jullie dat dan samen bespreken en een plan ontwikkelen.

    ――――

    Vraag: Moet de cliënt de matrix per se invullen? Ik heb de onderwerpen in mijn hoofd en kan die prima uitvragen, daarvoor heb ik het schema niet nodig. 

    Reactie: Met de matrix ziet de cliënt precies waar jullie het over gaan hebben en kan de cliënt zelf dingen invullen. Dat maakt het gesprek duidelijker en veiliger dan als jij het alleen in je hoofd hebt. Juist door het visueel te maken, vergroot je de kans dat het een gezamenlijke inschatting is. Het geeft de ander meer regie en helpt om de cliënt verantwoordelijkheid te laten nemen. Uit GIZ onderzoek weten we dat cliënten hun eigen inbreng heel groot vinden en dat dit samenhangt met grotere tevredenheid over het gesprek.

    ――――

    Vraag: Moeten alle onderwerpen van de matrix ingevuld worden?

    Antwoord: Ja, alle onderwerpen moeten worden ingevuld, zodat je een goed overzicht hebt van de zorgen en krachten (balans en disbalans).

    ――――

    Vraag: Kun je de matrix meerdere malen gebruiken bij eenzelfde cliënt?

    Antwoord: Ja, daardoor wordt zichtbaar dat er veranderingen plaatsvinden, dingen beter gaan en er een andere balans ontstaat. Dit werkt ondersteunend voor het uitvoeren van een plan van aanpak dat je samen met de cliënt hebt gemaakt.

    ――――

    Vraag: Hoeveel tijd moet je uittrekken voor het bespreken van de matrix met de cliënt?

    Antwoord: 30 tot 60 minuten.

    ――――

    Vraag: Stel een cliënt heeft alleen een gezondheidsprobleem, bijvoorbeeld een slaapprobleem of bedplassen. Kan ik dan volstaan bij de matrix om alleen het onderdeel gezondheid uit te vragen? 

    Antwoord: Nee. Je brengt de volledige situatie in kaart, omdat problemen vaak worden beïnvloed door meerdere factoren. Je wilt toewerken naar een verklarende analyse, waardoor je de oorzakelijke invloeden en omstandigheden in kaart brengt. Deze invloeden spelen een rol in het ontstaan en in stand blijven van de problematiek.

    ――――

    Vraag: De GIZ signalering is niet gedaan of wordt door mijn collega’s gedaan. Ik doe alleen het uitgebreide gesprek. Kan dat?

    Antwoord: Ja, dat kan. Je voert dan de uitgebreide GIZ uit met behulp van de matrix. Je start altijd kort met de driehoek. Je geeft een introductie en doet vraagverheldering. Daarna keer je de plaat om naar de matrix. Je legt uit waarom je de matrix gebruikt. Het doel is om samen een goed beeld te krijgen van de stressbeleving van de cliënt en om acties uit te zetten in een ondersteuningsplan.

    ――――

    Vraag: Op welk moment moet ik de matrix introduceren bij de cliënt?

    Antwoord: De matrix kun je het beste introduceren wanneer je hem gaat gebruiken. Dit gebeurt meestal tijdens een vervolgconsult. Wanneer je met de GIZ-driehoek ontdekt dat er grotere zorgen zijn bij een bepaald onderwerp, plan je een vervolgconsult. Tijdens het vervolgconsult introduceer je de matrix. Met de matrix schat je gezamenlijk de aard en de ernst van de situatie in.

    ――――

    Vraag: Hoe gebruik ik de lijst met items in de witte kolom op de GIZ matrix?

    Antwoord: In de witte kolom op de GIZ matrix staan concrete beschrijvingen van het item als het goed gaat, De cliënt wordt uitgenodigd zijn eigen situatie hiermee te vergelijken en vervolgens voor zichzelf te ‘wegen’ lukt dit goed of geeft dit mij stress, etc. ( smileys van groen tot rood). Het dient ook om doelen te stellen. Het zijn immers voorbeelden van gewenste situaties.

    ――――

    Vraag: Hoe pak je het bespreken van de Matrix aan bij cliënten die niet kunnen lezen?

    Antwoord: Plan extra tijd in en lees elke regel van de matrix voor. Dek delen van de matrix af en behandel de matrix rustig regel voor regel. Schakel een tolk in bij anderstaligen die slecht of niet kunnen lezen. Als ondersteuning kun je het GIZ-schema gebruiken in de taal van de cliënt.

    ――――

    Vraag: Wat als cliënten aangeven dat het allemaal goed gaat en ik daar als professional anders over denk? Wat doe ik als ik als professional op een bepaald onderwerp heel anders scoor? Dus bijv. een ouder vult in ‘groen’ maar ik denk ‘oranje’ en ik maak me veel zorgen. 

    Reactie: Mooi dat dit verschil in zienswijze boven water komt door het invullen van de matrix. Het laat zien hoe belangrijk het is dat je aan het begin van het gesprek duidelijk bent over het doel van het gesprek, jouw verantwoordelijkheid en de informatie die je al hebt. De matrix biedt een handvat om met elkaar in gesprek te gaan.

    • Het kan zo zijn dat de ouder ten onrechte geen zorgen aangeeft. Sociale wenselijkheid kan hierin een rol spelen. In dat geval is de ervaren veiligheid in het gesprek van invloed. Is er sprake van vertrouwen?
    • Een andere mogelijkheid is dat de ouder zelf niet goed weet dat bepaald gedrag risicovol is. In dat geval is het goed als professional te onderbouwen waarom jij je wel zorgen maakt.
    • Het kan ook zijn dat je je als professional ten onrechte zorgen maakt. In een verdiepend gesprek zul je dit moeten uitzoeken.

    Vraag dus eerst door, voordat je je eigen visie deelt. Vraag bijvoorbeeld over de dingen waaraan de ander merkt dat het ‘groen’ is. Zoek naar concrete signalen en sta ervoor open om je visie eventueel bij te stellen.

    Jouw houding is van invloed op het gesprek. Voelt de ouder de ruimte om het eerlijk aan te geven als er zorgen spelen? Het is daarom belangrijk om naast de ouder te staan. Elke ouder wil het beste voor zijn kind. Ga vanuit die bril het gesprek aan om samen te kijken naar de verschillende aspecten in het leven van het gezin en welke invloed dit heeft op het kind. Alles staat in verband met elkaar. Als ouders dat inzien, kunnen ze vaak ook de zorgen zien die jij als professional wel hebt die zij zelf eerst niet zagen.

    Worden je zorgen niet minder of zelfs groter door de antwoorden van de ander? En is het nodig en passend om je zorgen op dat moment te delen? Benoem dan concreet in begrijpelijke taal wat jij weet/ziet/merkt waardoor je het een andere kleur zou geven. Leg daarbij ook uit wat jij verder gaat doen.

    Het kan ook gebeuren dat je je eigen inschatting bijstelt, doordat je meer informatie hebt verzameld hoe een ouder naar een situatie kijkt of er mee om zegt te gaan. Een open, nieuwsgierige, niet veroordelende houding waarin oprechte uitwisseling van ideeën plaatsvindt is in zo’n situatie dus belangrijk. In zo’n gesprek zien we vaak dat beide partijen wat naar elkaar toe bewegen. Realiseer je tenslotte dat zonder de GIZ er ook een verschil van inzicht kan bestaan, alleen weet je dat dan minder vaak. Met de GIZ wordt het perspectief van de cliënt duidelijk zichtbaar en kan het daardoor ook sneller besproken worden.

    ――――

    Vraag: Hoe kan ik zorgen vanuit school meenemen in het bespreken van de matrix?

    Antwoord: Zorg dat de informatie vanuit school altijd met medeweten van de ouders met ons wordt gedeeld. Eventuele discrepanties kun je dan benoemen en het gesprek hierover aangaan.

    ――――

    Vraag: Mag ik als professional tijdens het bespreken van de ingevulde GIZ matrix, de schaalvraag toepassen met behulp van cijfers of alleen de kleuren gebruiken?

    Antwoord: Ja, je mag ook de schaalvraag d.m.v. cijfers gebruiken in het gesprek. Dit kun je doen om bijvoorbeeld te verduidelijken wat een bepaalde kleur betekent voor cliënten, of hoe ze een stapje (of kleur) vooruit zouden kunnen komen.

    ――――

    Vraag: Is de matrix een optelsom; is er aan het aantal gekleurde vakjes een vooraf bepaalde interventie gekoppeld?

    Antwoord: Nee, het aantal gekleurde vakjes (van welke kleur dan ook) is niet gekoppeld aan een vaststaande interventie.

    Uit onderzoek weten we wel dat de hoeveelheid zorgen voorspellend is voor het risico op kindonveiligheid. Hoe meer zorgen des te groter de kans op kindonveiligheid. Wanneer cliënten op meerdere items zorgen aangeven is het voor jou als professional een aanwijzing voor mogelijke problemen in het gezin. Je acties kunnen bijvoorbeeld zijn een extra contactmoment af te spreken, een verwijzing naar jeugdhulp, een Arij af te nemen of de meldcode in te zetten.

    ――――

    Vraag: Je werkt binnen de organisatie ook met de Verklarende Analyse. Op welk moment binnen de GIZ methodiek, inventariseer je of een Verklarende Analyse wenselijk is?

    Antwoord: Als in de nabespreking van de GIZ matrix blijkt dat er meer informatie verzameld moet worden alvorens er doelen en acties gesteld kunnen worden.

    ――――

    Vraag: Is er onderzoek gedaan naar de kleuren van de smileys en hoe cliënten daarop reageren? Is er bekend of cliënten de matrix sociaal wenselijk invullen, omdat ze de kleuren oranje en rood heftig vinden?

    Antwoord: Er is geen onderzoek gedaan naar de kleuren van de smiley’s. De vormgeving is heel persoonlijk, we hebben enthousiaste reacties ontvangen dat het zo kleurrijk en overzichtelijk is, maar ook reacties dat men de kleuren overweldigend vindt. De meerderheid heeft positief gereageerd op de schema’s en is neutraal ten aanzien van de vormgeving. In de nieuwe GIZ-materialen (2025) worden de smileys iets minder intens van kleur en zijn de teksten onderaan de kolom aangepast.

    ――――

    Vraag: De matrix bevat veel tekst. Wat moet ik doen als de cliënt moeite heeft met het gebruiken van de matrix door de hoeveelheid tekst? 

    Antwoord: Je kunt een deel van de matrix afschermen met een los vel papier. Dek bijvoorbeeld de middenkolom af (de kolom met de toelichting op elk onderwerp). Dat maakt de matrix een stuk rustiger om te lezen. Je kan ook samen met de cliënt elke rij van de matrix apart doornemen en voorlezen wat er staat.

  • Toepassing GIZ-ondersteuningsplan

    Vraag: Ouders geven aan de adviezen al geprobeerd te hebben, maar dat er niets is veranderd. Dus het werkt toch niet volgens hen. Wat kan ik als professional doen als ik denk dat de adviezen wel passend zijn?

    Antwoord: Kijk samen met ouders naar de adviezen en hoe zij die opgepakt hebben. Waar liepen zij tegen aan? Wat lukte wel? Wat was het effect hiervan? Laat ouders bedenken wat ze zouden kunnen veranderen aan de adviezen, zodat het de volgende keer wel lukt in hun eigen situatie. Vraag of ze het goed vinden dat jij ook nog een keer meedenkt om te komen tot passende adviezen. Schaalvragen kunnen behulpzaam zijn.

    ――――

    Vraag: Ik vind het moeilijk om over ‘veiligheid’ te beginnen.

    Antwoord: Er zijn meerdere aanknopingspunten in de GIZ om veiligheid bespreekbaar te maken en onveiligheid binnen een gezin te signaleren. Allereerst bij het thema basiszorg en veiligheid, maar ook bij andere onderwerpen. Denk dan bijvoorbeeld aan de emotionele ontwikkeling van het kind, opvoeding, de band met je kind/ met je ouders, steun van partner/ samenwerking ouders en gezinsomstandigheden/ sfeer thuis. Als je de GIZ-matrix gebruikt, krijg je een indruk van de stressbeleving van ouders/ jongeren. Stel open vragen die gerelateerd zijn aan veiligheid en afgestemd zijn op de leeftijd van het kind. Bijvoorbeeld: ‘‘Hoe zorgen jullie ervoor dat jullie baby veilig slaapt?’’ en ‘‘Hoe zorgen jullie voor je kind als jullie moe, gespannen of onzeker zijn?’’.

    ――――

    Vraag: Sommige cliënten vinden het moeilijk om in te schatten wat ze nodig hebben. Hoe pak ik dat aan?

    Antwoord: Gebruik motiverende en oplossingsgerichte gesprekstechnieken. Hierdoor laat je de cliënt nadenken en met oplossingsgerichte vragen lok je verandertaal uit. Dit werkt ondersteunend in het stellen van doelen.

    ――――

    Vraag: Bij het maken van het ondersteuningsplan: wat als de ouder geen Nederlands begrijpt?

    Antwoord: Het uitvoeren van de GIZ bij gezinnen die de Nederlandse taal niet machtig zijn, blijft een uitdaging. Er zijn GIZ-kaarten beschikbaar in diverse talen die je kunt gebruiken. Bij het invullen van de matrix en het maken van het ondersteuningsplan, kun je een tolk inzetten (of eventueel een familielid of bekende). De ouder kan de doelen en acties noteren in de eigen taal. Zet kinderen liever niet in als tolk, want die verantwoordelijkheid en rol passen niet bij hun leeftijd en ontwikkelingsfase.

  • Toepassing multidisciplinaire GIZ

    Vraag: Op welke punten sluit de multidisciplinaire GIZ aan op mijn JGZ werksituatie? Is het wel nodig dat ik deze module doe?

    Antwoord: GIZ is ook ontworpen om ketensamenwerking te versterken. Vandaar dat dit een essentieel onderdeel is van de training. In welke situaties kun je de multidisciplinaire GIZ gebruiken als JGZ?

    – JGZ + school + ouders/ jeugdige

    – JGZ + kinderopvang + ouders

    – JGZ + ziekteverzuimbegeleiding leerplicht of mentor + ouders en adolescent

    – JGZ + verloskundige/ kraam + kwetsbare zwanger en partners

    – JGZ + jeugdprofessional wijkteam + complexe problematiek of op meerdere domeinen.

    Belangrijk uitgangspunt is ‘met’ de cliënt, in plaats van ‘over’ de cliënt in een setting waarin meerdere professionals betrokken zijn.

    ――――

    Vraag: De professionals waar ik mee samenwerk, werken niet met de GIZ of ze passen het anders toe. Wat nu? 

    Antwoord: Vraag hen of je jouw manier van werken met de GIZ uit mag leggen, vraag hen of zij op deze manier willen samenwerken om samen een goede inschatting en een goed plan te maken. Wees voorbereid om je uitleg over de driehoek en matrix (en het doel van op deze manier werken) ook te geven aan professionals. Probeer vragen te stellen in plaats van te overtuigen: hoe schatten zij beleving, aard, ernst van de problematiek in? Welke ideeën hebben zij om goed samen te werken en ‘één taal te spreken’?

  • O&O schema

    Vraag: Wat is het O&O-schema en hoe kan ik dit gebruiken in mijn GIZ-gesprek? 

    Antwoord: Het O&O schema is je persoonlijke naslag bij het bespreken van de ontwikkeling van kinderen en jongeren en is daarmee een onderdeel van de GIZ-methodiek. Een normaal verlopende ontwikkeling kan worden benoemd als bron van kracht en kan helpen om te normaliseren. Ook het stellen van vragen over de ontwikkeling is onderdeel van normaliseren.

    Het O&O schema is bedoeld als achtergrondinformatie voor jou als professional en niet om op tafel te leggen in een gesprek met de cliënt. Het O&O-schema, de GIZ platen (en voor de JGZ het LPK), passen als een drie-eenheid bij elkaar.

    JGZ: Houd het LPK in beeld om te bepalen wat qua onderzoek op leeftijden noodzakelijk is. Het is een leidraad voor wat tussen bepaalde leeftijden een keer gezien moet worden (in plaats van een afvinklijst) en je overlegt vervolgens met de cliënten wanneer je dit gaat doen. Een toelichting op het O&O-schema vind je hier.

  • Gesprekstechnieken

    Vraag: Ik zou graag een overzicht willen van de gesprekstechnieken

    Antwoord: Zie hiervoor dit pdf-bestand.

    ――――

    Vraag: Kan je de schaalvragen overslaan?

    Antwoord: Nee, deze zijn juist belangrijk. Ze geven een goed beeld van de gewenste situatie en dit werkt motiverend. Schaalvragen werken ondersteunend in het verhelderen van het probleem en zijn positief-toekomstgericht. Op die manier kan de cliënt in kleine stapjes toewerken naar de doelen.

    ――――

    Vraag: Hoe kom ik erachter of het gesprek naar tevredenheid van de cliënt is verlopen?

    Antwoord: Vraag dit na aan het eind (evaluatie) van het gesprek, bijvoorbeeld:

    • Hoe was het om het gesprek op deze manier te doen?
    • Hoe vond je het om deze gesprekskaart met onderwerpen te gebruiken?
    • Wat vond je van dit gesprek?
    • Kun je hiermee verder? Hoe ben je met dit gesprek geholpen?

    ――――

    Vraag: Hoe kan ik reflectief luisteren zonder een oordeel te geven? 

    Antwoord: Het is belangrijk dat je bij reflectief luisteren neutraal bent. Met een reflectie geef je eigenlijk op een stellende manier een korte samenvatting van wat de ander zegt waarbij je geïnteresseerd bent in de mening van de ander.

    ――――

    Vraag: Waar kan ik verdiepende informatie vinden over samenwerking versterken?

    Antwoord: Zie deze bijlage van het handboek.

    ――――

    Vraag: Op welk niveau van de communicatie zitten wij het meest?

    Antwoord: Wij zitten vaak vooral op de inhoud – het topje van de ijsberg. De andere lagen (procedure, relatie en emotie) liggen in een diepere onderlaag en komen moeilijker naar boven.

    ――――

    Vraag: Wat zijn goede methodes in een gesprek om weerstand te verminderen?

    Antwoord: Verschillende elementen van de GIZ dragen bij aan een vertrouwensrelatie met de cliënt: het principe van samen beslissen, de tools die transparantie bevorderen. Je houding is van belang:  “echt” luisteren, empathie tonen en niet beoordelen, erken de ander. De gespreksvaardigheden die je in de GIZ-training leert, zullen ook weerstand verminderen. Lees achtergrondinformatie over omgaan met stress en weerstand.

     

  • GIZ in relatie tot andere programma’s en beleid

    Vraag: Hoe verhoudt de GIZ methodiek zich tot het Landelijk Professioneel Kader in de JGZ (LPK)?

    Antwoord: De GIZ-methodiek sluit goed aan bij het LPK gedachtegoed omdat je in beide gevallen afstemt op de zorgbehoefte van de cliënt. Toelichting:

    • Het kind in context: De GIZ-professional kijkt naar wat goed gaat (beschermende factoren) en waar zorgen zijn (risico- en instandhoudende factoren) op drie domeinen. 1) de ontwikkelbehoefte van de jeugdige, 2) de opvoedcapaciteit, waaronder de interactie tussen de jeugdige en zijn ouders en 3) de impact van gezinsfactoren of omgevingsfactoren.
    • Vakmanschap en Evidence Based Practice: Van het vakmanschap van JGZ mag verwacht worden dat per kind de juiste afweging wordt gemaakt. Evidence based practice (EBP) wil zeggen, dat je een afweging maakt en aanbod biedt op basis van wetenschappelijke kennis (richtlijnen), professionele expertise (jouw praktijkervaring) én de ervaringen, wensen en behoeften van de jeugdige en de ouders zelf. De GIZ-methodiek is een erkende methodiek en wordt continu door wetenschappelijk onderzoek verder onderbouwd en doorontwikkeld.
    • Samen beslissen en passende zorg op maat: Samen beslissen wordt in elke fase van de GIZ vormgegeven, waardoor zorg op maat kan worden geboden. Een GIZ-ondersteuningsplan geeft concreet vorm aan de zorg op maat. Het samen beslissen gaat twee kanten op. Passend vanuit het perspectief van de ouders/jeugdige en vanuit de professional.

    ――――

    Vraag: Hoe verhoudt GIZ zich tot Positieve Gezondheid? 

    Antwoord: Beide zijn gespreksmethodieken met een brede blik en veel regie voor de cliënt. Er zijn ook verschillen. In de factsheet GIZ en Positieve Gezondheid lees je hier meer over en hoe deze zich tot elkaar verhouden. Deze staat op het besloten gedeelte van de NCJ website.

    Binnen verschillende GGD-en wordt gewerkt met Positieve Gezondheid (PG), waarbij voor de jeugdgezondheidszorg gekozen is voor de GIZ vanuit de visie dat de GIZ beter aansluit bij de jeugd.

    Net als PG kent de GIZ een brede blik, is er oog voor de krachten en werkt de professional motiverend en oplossingsgericht. De GIZ-methodiek past in de geest van positieve gezondheid, ook aansluitend bij een brede definitie van gezondheid.

    Maar meer dan PG is GIZ een gezinsgerichte methodiek waarin het opgroeien van het kind in de context wordt geplaatst. Er is specifiek aandacht voor de ontwikkeltaken van het kind en de ouder als opvoeder en de invloed van gezins- en omgevingsfactoren. De methodiek biedt ook ondersteuning aan de professionals om een goede gezamenlijke zorgbehoefteninschatting te maken, wat een wettelijke taak is. (Shared decision-making). Verder is de GIZ als een getrapte werkwijze verder uitgewerkt dan PG. De GIZ kan kort signalerend ingezet worden, uitgebreider om een krachten en probleemanalyse en een plan van aanpak te maken en is tevens multidisciplinair in te zetten.

    Voor het gebruik van de GIZ in de JGZ zijn er goede resultaten vanuit een effectonderzoek.

    Het gedachtegoed van PG is zeer waardevol, een gezamenlijke training in PG kan professionals versterken. De vraag is of je daarmee ook de ene tool voor de ander zou vervangen of dat je de GIZ als tool blijft gebruiken als een voorbeeld van een methodiek die past binnen het gedachtegoed van PG en die je op indicatie inzet.

    ――――

    Vraag: Kun je de GIZ gebruiken in combinatie Stevig Ouderschap? 

    Antwoord: Ja, neem contact op met het team van Stevig Ouderschap. Er is een interne procedure en inhoudelijk uitwerking gereed.

    ――――

    Vraag: Hoe verhoudt GIZ zich tot Signs of Safety?

    Antwoord: Veel jeugdhulpinstellingen werken met Signs of Safety bij gezinnen met veiligheidsvraagstukken. De GIZ kan aanvullend gebruikt worden om de zorgbehoeften

    en krachten van de gezinsleden in kaart te brengen en de ‘drie kolommen; zorgen, krachten en wat moet er minimaal gebeuren’ te vullen. Ook kan de GIZ-matrix behulpzaam zijn bij het evalueren van ingezette hulp. Op de NCJ website lees je hier meer over in de factsheet GIZ en Signs of Safety.

    ――――

    Vraag: Hoe verhoudt Triple P zich tot de GIZ methodiek? Is een combinatie mogelijk?

    Antwoord: Ja, Triple P en GIZ vullen elkaar aan. Een van de mogelijke vormen van ondersteuning die voortkomen uit een GIZ gesprek is opvoedingsondersteuning. Triple P is een basismethodiek voor opvoedingsondersteuning. De uitvoering van Triple P kan als interventie na het GIZ gesprek worden ingezet. Op de NCJ website staat aanvullende informatie over GIZ in combinatie met Triple P.

  • Wetenschappelijke onderbouwing

    Vraag: Is de GIZ-methodiek evidence based? 

    Antwoord: Ja, de GIZ is ontwikkeld in de context van de Academische Werkplaats Samen. Dat is een samenwerking van praktijkorganisaties met onderzoekers van het LUMC en TNO. Er zijn diverse wetenschappelijke onderzoeken gedaan vanuit deze Academische Werkplaats. De GIZ is erkend als ‘‘goed onderbouwd’’ en staat in de Databank Effectieve Interventies van het NJi en Centrum Gezond Leven. Op de NCJ website lees je meer over onderzoek naar de GIZ.

  • Verspreiding van de GIZ

    Vraag: In wat voor organisaties wordt er met de GIZ-methodiek gewerkt?

    Antwoord: JGZ organisaties, jeugdhulporganisaties en de geboorteketen. Een lijst van alle organisaties vind je hier.

    ――――

    Vraag: Is de GIZ methodiek ook geschikt voor JGZ-doktersassistenten?

    Antwoord: Er zijn een paar JGZ organisaties waar doktersassistenten getraind zijn in de GIZ methodiek. Het betreft een compacte variant van de GIZ-training. De taken van doktersassistenten zijn per organisatie inhoudelijk verschillend. Tot nu toe is het trainen van doktersassistenten maatwerk. Voor specifieke vragen, neem contact op met je GIZ-adviseur van het NCJ.

GIZ in de kraamzorg

  • Algemeen

    Vraag: Vinden onze cliënten het niet vervelend om een gesprek te voeren aan de hand van de GIZ?

    Antwoord: Nee. Uit een onderzoek van TNO blijkt dat een intake met de GIZ door cliënten meer gewaardeerd wordt dan zonder de GIZ. En dat er meer psychosociale thema’s besproken werden dan in een reguliere intake.

    ――――

    Vraag: Kost een intake met de GIZ meer tijd dan een reguliere intake?

    Antwoord: Nee, uiteindelijk is gebleken van niet. Het is een andere manier van het intake gesprek voeren. In het begin, als je je de methodiek nog eigen moet maken, kan het wel meer tijd kosten.

    ――――

    Vraag: Kan ik de multidisciplinaire GIZ ook in de kraamzorg toepassen?

    Antwoord: Ja, bijvoorbeeld bij een MDO. En ook aan het einde van het kraambed bij een warme overdracht naar de JGZ met de jeugdverpleegkundige. Al dan niet in aanwezigheid van de verloskundige.

    ――――

    Vraag: Mag ik ook alleen de GIZ-driehoek gebruiken?

    Antwoord: Ja, als kraamverzorgende is het prima om bij de start van de zorg alleen de driehoek te gebruiken. Bij het gebruik van de GIZ methodiek vinden we het belangrijk dat je aansluit bij de cliënt. Wanneer het even genoeg is voor de cliënt, is het genoeg.

    ――――

    Vraag: Moeten kraamverzorgenden alle domeinen in de Matrix en de onderwerpen echt bespreken, ook wanneer de cliënt het onderwerp heeft overgeslagen?

    Antwoord: Nee, de cliënt stelt zichzelf de vragen en legt hierbij haar muntjes op de smileys. Mijn advies is, laat het even rusten. Ze heeft het niet voor niets overgeslagen. Tijdens jullie gesprek over de gelegde muntjes kun je starten met het benoemen van de domeinen en vragen wat ze over de gelegde muntjes kan en wil vertellen. Je kan wel vragen of ze het bewust open heeft gelaten of het lastig vindt om in te vullen. Als alle items zijn gescoord krijg je samen wel een mooi overzicht van alle zorgen, maar vooral ook wat er goed gaat en dat versterkt de ouder. Bij meerdere zorgen vraag je wat voor de ouder het belangrijkste is en vervolgens richt je je daar eerst op.

    ――――

    Vraag: De cliënt laat in haar verhaal en/of gedrag een discrepantie zien ten opzichte van haar gelegde muntjes op de matrix. Hoe moet ik daar mee omgaan?

    Antwoord: Je kunt hier je vraagverheldering weer oppakken. Het muntje is gelegd, dan mag je er vanuit gaan dat je het mag bespreken. Richt je op het verschil (vanuit het perspectief van de cliënt) tussen de huidige situatie of gevoel en haar toekomstige wens. Vraag je af: “Hoe ben of doe je nu, en hoe wil je het straks doen of wie/wat wil je zijn?”

     

Welkom op onze nieuwe website!

Heb je een gebruikersaccount? Dan ontvang je van ons een mail om je account opnieuw te activeren.