Monitoren, signaleren en screenen vormen de kern van het Basispakket JGZ. Het basispakket JGZ beschrijft activiteiten die de Jeugdgezondheidszorg aan elk kind in Nederland moet aanbieden.
Het Basispakket JGZ is per 1 januari 2015 van kracht en ingedeeld naar activiteiten gericht op het individu en activiteiten gericht op het collectief.
Op basis van de onderbouwing van de onderdelen van het basistakenpakket heeft de Commissie evaluatie basistakenpakket JGZ (De Winter, Rapport “Een stevig fundament”) aangegeven welke activiteiten aan alle kinderen zouden moeten worden aangeboden via het basispakket JGZ. Daarbij is gebruik gemaakt van de evaluatie van TNO/NJi/NCJ. De aard van de activiteiten en de manier van uitvoeren verschilt per leeftijd. Niet op alle leeftijden zullen alle genoemde activiteiten evenveel aandacht krijgen.
De kern van het basispakket Jeugdgezondheidszorg
systematisch volgen van de lichamelijke, psychosociale en cognitieve ontwikkeling van kinderen en jongeren;
beoordelen van de ontwikkeling in relatie tot de sociale, pedagogische en fysieke omgeving van de kinderen en jongeren en het gezin waarin ze opgroeien;
tijdig signaleren van problemen en vroegtijdig opsporen van specifieke stoornissen;
geven van preventieve voorlichting, advies, instructie en begeleiding, individueel of in groepen, gericht op het versterken van de eigen kracht van ouders en jongeren. De onderwerpen waarover voorgelicht en geadviseerd moet worden, staan beschreven in het Besluit publieke gezondheid (artikel 6). Er zijn onderwerpen toegevoegd zoals overgewicht, kindermishandeling (waaronder vrouwelijke genitale verminking en shaken baby syndroom), internetgebruik en gameverslaving;
ontzorgen en normaliseren door het geven van voorlichting, advies en ondersteuning of door het voeren van enkele gesprekken om ouders en jongeren te ondersteunen en gerust te stellen, indien nodig;
beoordelen of extra ondersteuning, hulp of zorg nodig is en direct de juiste zorg of hulp erbij halen;
samenwerken met professionals uit onderwijs, voorschoolse voorzieningen, jeugdhulp, verloskundigen, kraamzorg, huisartsen en andere curatieve zorgverleners, buurtteams en
andere relevante partijen. Dit is zowel van belang voor het signaleren als voor het kunnen bieden van goede en snelle zorg en ondersteuning.
adviseren van gemeenten en scholen over collectieve maatregelen/activiteiten op basis van analyse van verkregen gegevens.
De JGZ ziet de kinderen regelmatig en volgt het kind tijdens het opgroeien. Zij monitort groei en ontwikkeling, doet gezondheidsonderzoek en screent. De JGZ heeft een brede, integrale beoordeling van kinderen in de context van gezin en omgeving en kijkt naar het individuele kind en de gezondheidstoestand van alle kinderen (Besluit publieke gezondheid, artikel 3)
De JGZ steunt ouders bij het gezond opgroeien en opvoeden en geeft preventieve voorlichting en advisering (individueel of in groepen). Zo nodig volgt in aansluiting op signaleren een of enkele extra gesprekken om ouders en kind gerust te stellen door voorlichting, advies, begeleiding of instructie en beoordeelt of extra ondersteuning, hulp of zorg nodig is.
Gezondheidsbevordering en signalering
Gezonde (borst-)voeding
Overgewicht / ondergewicht
Voedselovergevoeligheid
Vitamine D en K
Veilig slapen
Veiligheid
Voorkeurshouding
(Mee)roken
Gebit en gebitsverzorging
Middelengebruik (voornamelijk bij adolescenten): Alcohol, roken en cannabis/drugs
Leefstijl (voornamelijk bij adolescenten): Sport en bewegen, seksueel gedrag (SOA, anticonceptie) en internetgebruik
Bevorderen psychosociale en emotionele gezondheid en voorkomen opvoedproblemen:
Psychosociale problemen en opvoedvragen
Opvoedproblemen en kindermishandeling, VGV en shaken baby syndroom
De JGZ kijkt hierbij naar het kind als geheel en betrekt hierbij de lichamelijke, psychische, sociale en cognitieve ontwikkeling. De JGZ signaleert bevorderende en bedreigende factoren in de opvoeding in gezin en omgeving en indien nodig wordt hulp erbij gevraagd of doorverwezen. De JGZ grijpt in in situaties die de veiligheid van het kind bedreigen. De JGZ volgt het kind tijdens en na hulp.
Hulp erbij halen, ingrijpen of verwijzen bij:
Disbalans draagkracht/draaglast en ontvangen zorg/zorgbehoefte bij kind en gezin
Gezondheidsbedreigingen gezin en omgeving (sociaal, fysiek, psychisch, pedagogisch milieu)
Het Rijksvaccinatieprogramma (RVP) en de hielprikscreening maken geen deel uit van het Basispakket JGZ maar vormen wel kerntaken van de JGZ. Ze zijn onderdeel van de Wet Publieke Gezondheid ad artikel 6b (RVP) en artikel 12a (hielprik).
Wet publieke gezondheid
In het kader van de Wpg is de gemeente verantwoordelijk voor collectieve activiteiten zoals gezondheidsbevordering en prenatale voorlichting gericht op de gehele bevolking, dus ook gericht op jeugd. Wpg is preventie voor alle kinderen.
In de Jeugdwet wordt jeugdhulp geregeld. De Jeugdwet kent een driedeling: preventie (delen van het vroegere JGZ maatwerk, welzijn en thuisbegeleiding), jeugdhulp (als er iets aan de hand is met een kind) en hulp in het gedwongen kader. De Jeugdwet is preventie voor groepen en individuen waar risico te verwachten is.
JGZ-professionals kunnen ook enkele taken uitvoeren die onder de Zvw vallen, zoals lichte medische zorg en (rook)preventieprogramma’s voor jeugdigen. De staatssecretaris van VWS heeft hier expliciet toestemming voor gegeven, met als voorwaarde dat hierover goede afspraken met de zorgverzekeraars worden gemaakt.
Het kabinet wil dat alle mensen, jong en oud, in Nederland geboren of van ver komend, mensen met of zonder beperking, als volwaardige burgers mee kunnen doen aan onze samenleving. De JGZ kan bijdragen aan ziekteverzuimbegeleiding van leerlingen bij aan deelname aan het onderwijs en beroepskeuzeadvisering aan het vinden van een plek op de arbeidsmarkt.
De wetgeving op het gebied van Passend Onderwijs is gericht op een verschuiving in de richting van een meer preventieve aanpak, diagnostiek die gericht is op handeling (wat heeft dit kind nu nodig?) en een versterking van de integrale en intersectorale benadering.