Nieuws 20 februari 2017

Actief aan de slag op werkconferentie tegen kindermishandeling en schoolverzuim

De JGZ moet meer aandacht hebben voor de expertise van de ouders bij problemen met het kind. Dit is een van de uitkomsten van de NCJ werkconferentie op donderdag 16 februari. Tijdens deze werkconferentie stonden de preventie van kindermishandeling en schoolverzuim binnen de JGZ centraal.

Kindermishandeling

Tijdens het eerste deel van de werkconferentie stond kindermishandeling centraal. Zeven groepen rapporteerden over hun inspanningen sinds de werkconferentie van 15 september 2016. Toen werd besloten experimenten te doen om kindermishandeling te voorkomen.

Aan het werk

Na deze presentaties gingen de deelnemers aan het werk met de deelplannen (experimenten) van het actieplan:

1.     Rechten van het kind voorop
2.     Veilige hechting beschermt kinderen
3.     Sterke ouders zijn cruciaal
4.     Weerbare jongeren kennen de weg
5.     Geen kind opnieuw slachtoffer
6.     Stevige samenwerking Veilig Thuis
7.     Samenwerking in de wijk
8.     De professional maakt het verschil

De deelnemers werden uitgedaagd om in groepen suggesties te bedenken bij de deelplannen. Vervolgens kon elke deelnemer een deelplan kiezen waarmee hij of zij zich als organisatie wil verbinden. Tijdens de werkconferentie van 15 juni zullen de deelnemers de voortgang van hun organisatie met betrekking tot het betreffende deelplan delen.  

Schoolverzuim

Hoogtepunt van het middagprogramma was de ondertekening van een ‘Pledge’, een plechtige verklaring dat de ondertekenaars zich in zullen spannen om schoolverzuim te voorkomen en tegen te gaan. Daarbij zoeken ze samenwerking met leerlingen, ouders, de school en de leerplichtambtenaar. Na afloop van de sessie prijkte er 22 handtekeningen onder de verklaring. Een mooie basis om op voort te bouwen!

Schoolverzuim door diabetes

“Voor ouders is het moeilijk om te ontdekken waar ze moeten aankloppen om hulp,” stelt Lydia Braakman. Zij spreekt als moeder van twee kinderen met diabetes. Schoolverzuim is een vaak voorkomend fenomeen bij deze ziekte. Braakman ontdekte dat scholen er slecht mee om weten te gaan, en richtte de stichting ‘Zorgeloos met diabetes naar school’.

“Scholen zijn heel blij met ons,” vertelt ze de aanwezigen. Zij herkennen het probleem en reageren geïnteresseerd op haar verhaal. “Ook hierbij willen we allemaal graag betrokken zijn,” stelt gespreksleider Lidy van der Goot van de GGD Zuid-Limburg in een reactie. “De jeugdarts, het onderwijs, de leerplichtambtenaar. Het is belangrijk dat een kind ondanks deze ziekte toch naar school kan.”

Uit het gemeentehuis

Een bijzondere spreker op de werkconferentie was Carry Roozemond. Ze is voorzitter van Ingrado, de landelijke brancheorganisatie voor leerplicht en voortijdig schoolverlaten. Roozemond houdt een hartstochtelijk pleidooi voor de gezamenlijke aanpak van schoolverzuim. Het kind moet centraal staan, niet de regels. Daarnaast heeft ze een duidelijke boodschap voor de aanwezige jeugdverpleegkundigen, jeugdartsen en managers van jeugdgezondheidszorg instellingen: “Haal de leerplichtambtenaar zo mogelijk uit het gemeentehuis. Geef hem of haar bijvoorbeeld onderdak in je eigen kantoor. Werk in ieder geval nauw samen! En ga niet in op verzoeken tot ontheffing van de leerplicht vóór je de ouders van het betrokken kind gesproken hebt. Blijf zoeken of er echt niet op een andere plek onderwijs ontvangen kan worden door het kind.”

 

Spijbelen begint al vroeg

Anke Kempers presenteerde het onderzoek van de GGD Noord- en Oost Gelderland naar verzuimbeleid op middelbare scholen.”In de zorgplannen rond jongeren wordt niet altijd aandacht besteed aan de school.” Het is juist belangrijk om een doorgaande lijn te kunnen zien van primair onderwijs via voortgezet onderwijs naar mbo. Want wie op het voortgezet onderwijs spijbelt, deed dat vaak ook al op de basisschool.” Ze adviseert dan ook de betrokkenheid van ouders in de samenwerking met de school te versterken: “Aanpak van schoolverzuim doen we samen.”

Laat je zien

Kempers stelt dat ouders de jeugdarts dan natuurlijk wel moeten weten te vinden. “Laat je eens zien op de jaarlijkse schoolavond,” zegt ze. “Ouders hebben nu eerder de neiging naar hun huisarts te gaan dan naar de jeugdarts.” Marlien Dijkema presenteerde het Actieplan Schoolverzuim.”Voorkom een wachttijd van zes weken voor een consult,” adviseert Dijkema de jeugdartsen. “Zo lang wachten mag niet en kan niet.” Het te laat komen op de basisschool is een voorspeller voor verzuimen op het voortgezet onderwijs,” merkte ze op. Hiervoor moet meteen aandacht zijn. Ze benadrukt de waardevolle informatiepositie van werkers in de jeugdgezondheidszorg. “We kennen de kinderen al vanaf het consultatiebureau. Doe daar iets mee!”

Vertrouwen

De deelnemers buigen zich tot slot over drie casussen over kinderen die niet naar school gaan. Uit een discussie blijkt nog eens dat de gang van ouders naar de jeugdarts of de jeugdgezondheidszorg niet vanzelfsprekend is. Dat aandacht voor de positie van de ouders van het grootste belang is, is een andere conclusie. “Vraag ze niet wie hun probleem op moet lossen,” zegt een van de deelnemers. “Vraag in wie ze vertrouwen hebben om hen te helpen. De rest komt vanzelf.”

 

De preventie en aanpak van kindermishandeling en schoolverzuim zijn twee van de thema’s waarvan we vanuit de JGZ Preventieagenda de komende jaren de focus op leggen. Meer informatie over de JGZ Preventieagenda vind je ook op de NCJ-website. 

Welkom op onze nieuwe website!

Heb je een gebruikersaccount? Dan ontvang je van ons een mail om je account opnieuw te activeren.