
VoorZorg groeit!
Voor het eerst kunnen we stellen dat in meer dan de helft van alle gemeenten in Nederland aanstaande ouders in kwetsbare omstandigheden gebruik kunnen maken van de bewezen effectieve interventie VoorZorg.
Nieuws 28 januari 2021
In opdracht van het Nederlands Centrum Jeugdgezondheid (NCJ) heeft het Verwey-Jonker Instituut een evaluatieonderzoek naar VoorZorg uitgevoerd, zowel onder de uitvoerenden van VoorZorg als onder cliënten die gebruikmaakten van VoorZorg. De resultaten zijn zeer positief: VoorZorg wordt positief beoordeeld voor de VoorZorgverpleegkundigen en door de cliënten zeer gewaardeerd.
VoorZorgverpleegkundigen zijn tussen 6 november en 6 december 2020 benaderd om een vragenlijst in te vullen over VoorZorg. Van de 91 beschikbare VoorZorgverpleegkundigen hebben 63 van hen de vragenlijst ingevuld. Hieruit bleek dat de handleiding VoorZorg en instructies VoorZorg positief worden beoordeeld.
Hoewel op zich ook positief zijn er aanbevelingen voor verbeterpunten. Het NCJ herkent de geluiden en neemt het op zich om voor de zomer op deze items verbeteringen te realiseren.
De samenwerking met het lokale werkveld wordt zeer positief beoordeeld. Dit is in het kader van toeleiding en versterking van een kansrijke start voor kinderen in kwetsbare situaties van groot belang. Hierbij moeten ook de mogelijkheden, maar ook de beperkingen van VoorZorg steeds duidelijk gemaakt worden om de rol van de VoorZorgverpleegkundige in het lokale werkveld helder te houden.
Aan de VoorZorgverpleegkundigen is gevraagd of zij ook bij hun ‘langst lopende cliënt’ de vraag voor deelname aan een korte vragenlijst voor wilden leggen. Hierop hebben 30 cliënten gereageerd. De cliënten die de vragenlijst hebben ingevuld geven aan zeer positief over VoorZorg en de VoorZorgverpleegkundige te denken. Zij geven VoorZorg een rapportcijfer van gemiddeld een 9. Een resultaat waar we zeer trots op zijn: zowel op het programma als op de uitvoering.
Tenslotte zijn de VoorZorgverpleegkundigen bevraagd over hun meest recente voortijdig gestopte cliënt. Hierbij blijkt dat cliënten stoppen vanwege een verhuizing naar een andere gemeente, stoppen zonder opgave van reden, of omdat zij VoorZorg niet meer nodig achten. De aanbeveling is om te achterhalen waarom deze cliënten stoppen. Als we de reden weten (VoorZorg is bijvoorbeeld in de nieuwe gemeente niet beschikbaar, er zijn financiële obstakels of een warme overdracht lukt niet) dan is het mogelijk te kijken hoe dit voorkomen kan worden.
Opvallend is ook dat VoorZorgcliënten relatief vaak een te vroeg geboren kind hebben (bij een zwangerschap korter dan 37 weken). Dit is mogelijk te verklaren door de doorgaans grote mate van stress waar deze cliënten mee te maken hebben.
Concluderend: VoorZorg wordt positief beoordeeld voor de VoorZorgverpleegkundigen en door de cliënten zeer gewaardeerd.
Het VoorZorgteam van het NCJ spreekt haar dank uit te spreken voor het Verwey-Jonker Instituut en dan speciaal voor de onderzoeker Suzanne Andeweg voor de zorgvuldige uitvoering van het evaluatie-onderzoek. Uit de resultaten komen mogelijkheden voor verbetering naar voren, waar wij aanbevelingen voor hebben geformuleerd.
Voor het eerst kunnen we stellen dat in meer dan de helft van alle gemeenten in Nederland aanstaande ouders in kwetsbare omstandigheden gebruik kunnen maken van de bewezen effectieve interventie VoorZorg.
In vakblad VROEG deelt Margriet hoe ze naast een jonge moeder stond tijdens één van de belangrijkste momenten in haar leven. “VoorZorg gaat om het naast iemand staan en samen stappen durven zetten. In plaats van beslissingen voor hen te nemen, geef ik moeders de ruimte om deze zelf te maken.”
''Ik sta in een luxe wijk, voor een goed onderhouden twee-onder-een-kap woning. Maar een voordeur zegt niets over de ellende die zich daarachter afspeelt'', vertelt VoorZorg Verpleegkundige Saskia Slikkerveer – Vogel in vakblad VROEG over een moeder die in haar jonge leven veel teleurgesteld, gebruikt, misbruikt, afgedankt en weggestuurd is.