
Het nieuwe normaal
Enkele jaren geleden maakte Anouk van den Berg de overstap van de huisartsgeneeskunde naar de jeugdgezondheidszorg met een duidelijk doel voor ogen: zich inzetten voor een gezonder opgroeiende jeugd.
Blog 26 augustus 2019
Met haar grote ogen kijkt ze me aan terwijl we tegenover elkaar zitten aan het brede houten bureau op basisschool De Kieviet. Madeleine, tien jaar oud, draait wat op haar stoel en blikt vluchtig even naar haar moeder die rechts van haar zit. Voor mij ligt haar Korte Depressie Vragenlijst Kinderen (KDVK). Ze heeft maar liefst zeven van de negen stellingen bevestigend beantwoord. Een verontrustend hoge score.
Als jeugdverpleegkundige moet ik op zijn minst stap voor stap met haar nagaan wat er voor heeft gezorgd dat ze tot deze antwoorden kwam en hoe groot de invloed hiervan is op haar leven. Rustig en in volle aandacht kijk ik haar aan zonder iets te zeggen terwijl ik achterover leun om haar zo de ruimte te geven haar verhaal te doen. Haar lange blonde haar valt sluik naar voren wanneer haar hoofd steeds dieper buigt. Dan uit het niets, beginnen haar schouders te schokken. Madeleine huilt vanuit haar tenen met diepe snikken. Ik voel hoe het mij raakt en zie het van pijn vertrokken gezicht van de moeder die onafgebroken naar haar dochter staart.
In horten en stoten komen de verhalen. Haar grote verdriet om de scheiding van haar ouders en de grote schok toen ze ging beseffen dat ze echt-echt niet meer bij elkaar komen. ‘Ik vind het zo rottig om aldoor te zien dat papa zo alleen is! Ik wil gewoon dat hij weer blij is’. Met natte ogen kijkt ze me wanhopig aan. Het is overduidelijk dat Madeleine een verantwoordelijkheid op haar smalle schouders heeft genomen die veel te groot is voor een meisje van tien jaar. Het gevoel voor papa te moeten zorgen en mama te moeten ontzien, het kleurt haar leven aanzienlijk. Op school verkeert ze bovendien altijd in de angst dat vriendinnetjes haar zullen laten vallen.
Na dit Periodiek Gezondheidsonderzoek met Madeleine en haar moeder plan ik kort erna een afspraak met de vader. Ik vind het belangrijk om ook van hem te weten te komen hoe hij zijn dochter ziet. Ook volgt er een afspraak met de juf. Al deze puzzelstukjes bij elkaar vormen een steeds completer beeld over Madeleine en zorgt ervoor dat ik een goede inschatting kan maken over wat zij mogelijk nodig heeft in deze fase van haar leven.
Ik benoem de verschillende opties op het gebied van therapeutische ondersteuning die er zijn in de nabije omgeving en onderbouw waarom ik het idee heb dat een creatief kindertherapeut in het geval van Madeleine een welkome keuze is. Enige dagen later krijg ik van haar moeder een email dat er inderdaad is gekozen voor een creatief therapeut waarmee Madeleine vanaf het eerste moment een fijne klik heeft.
Vijf maanden later, net op het moment dat ik de deuren van een basisschool in Opperdoes uitloop, gaat mijn telefoon. In mijn display lees ik ‘Moeder Madeleine’ en neem op. ‘Oh, ik ben zo ontzettend blij’, hoor ik haar verzuchten. ‘Ik heb mijn blije meisje weer terug. De zon schijnt weer in haar ogen en gisteravond deed ze zelfs een dansje door de woonkamer. Dat was zo lang geleden!’ Midden op het schoolplein sta ik stil en laat de woorden langzaam tot mij doordringen. Als ik ophang, moet ik even slikken. Dit is nu zo mooi aan mijn vak: het verschil kunnen maken bij een specifiek meisje in de bloei van haar leven.
Enkele jaren geleden maakte Anouk van den Berg de overstap van de huisartsgeneeskunde naar de jeugdgezondheidszorg met een duidelijk doel voor ogen: zich inzetten voor een gezonder opgroeiende jeugd.
Siegnella Concincion kreeg in haar functie als jeugdverpleegkundige steun van de Gemeente Amsterdam, GGD Amsterdam, Jeugdgezondheidszorg, Amsterdamse Aanpak Gezond Gewicht (AAGG) en Sarphati Amsterdam om promotieonderzoek te doen gericht op het voorkomen en terugdringen van overgewicht bij kinderen.
Yolanda Wallenburg, AIOS jeugdgezondheidszorg, heeft zich tijdens haar stage bij het NCJ beziggehouden met het thema schoolverzuim. Haar blog werpt een blik op schoolverzuimbeleid in schoolgidsen: ‘’Als dit vooral gaat over regels en sancties en weinig over ondersteuning, staat iedereen met 1-0 achter’’, vertelt ze.