Beter bereik begint bij jezelf
Marieke is in opleiding tot jeugdarts KNMG bij de JGZ Almere. In het kader van haar opleiding liep zij stage bij het NCJ en heeft daar meegewerkt aan het doorontwikkelen van de monitor ‘Ouders en de JGZ’.
Blog 30 oktober 2025
De afgelopen maanden verdiepte ik mij in metabole ziekten en in de kennis en ervaring die jeugdartsen hierover hebben. Toen ik werd gevraagd om Roselin van der Torren te ondersteunen bij haar promotieonderzoek, was mijn interesse direct gewekt. Tegelijkertijd vroeg ik mij af: wat weet ik hier eigenlijk van, en ben ik ervaren genoeg om hierover met collega’s in gesprek te gaan? Juist deze vragen motiveerden mij om me hier verder in te verdiepen en ervaringen van collega’s te verkennen.

Tijdens mijn stage interviewde ik jeugdartsen over hun kennis en ervaring met metabole ziekten in de praktijk. De vragen die ik zelf had aan het begin van de stage, legde ik nu voor aan collega’s. Het viel me op dat veel jeugdartsen terughoudend waren om hun kennis te delen, vaak met de gedachte: “Een ander weet hier vast meer van dan ik.” Maar was dat ook zo?
Ik zou graag mijn bevindingen van de afgenomen interviews met jullie willen delen, maar dit kan voorlopig nog niet. De resultaten maken deel uit van het promotieonderzoek van Roselin van der Torren en worden later gepubliceerd. Wat ik wél kan delen, is wat het doen van dit onderzoek mij persoonlijk heeft opgeleverd.
Een goed interview afnemen klinkt makkelijker dan het is. Vanuit mijn werk als jeugdarts weet ik hoe belangrijk het stellen van open vragen is, maar tijdens de interviews betrapte ik mezelf toch op het stellen van gesloten vragen. De antwoorden bleven dan vaak kort, en dat hielp me scherp te blijven: hoe stel ik mijn vragen beter?
Ook leerde ik dat je niet te snel moet aannemen dat je iemand begrijpt. Door samen te vatten en te checken of je het goed hebt begrepen, kom je pas echt tot de kern van het verhaal. Dan weet je waar je moet doorvragen.
Wat ik mooi vond om te zien, is dat de terughoudendheid om kennis over metabole ziekten te delen bij jeugdartsen vaak afnam naarmate het gesprek vorderde. Gaandeweg beseften de geïnterviewden dat ze eigenlijk meer wisten dan ze zelf dachten en dat ze deze kennis goed toepassen in de dagelijkse praktijk.
Dit bracht me tot een belangrijk inzicht: het verdiepen van kennis hoeft niet altijd het belangrijkste doel te zijn. Veel belangrijker is het versterken van de rol van de jeugdarts in datgene wat we al goed kunnen: het herkennen van ‘niet-pluis’-signalen, de verbinding maken met de kinderartsen en de ondersteuning die we kunnen bieden aan gezinnen in een onzekere periode. Hierin kunnen wij als jeugdartsen écht het verschil maken.
Ik kijk terug op een leerzame stageperiode waarin ik niet alleen mijn kennis over metabole ziekten heb vergroot, maar ook mijn gespreksvaardigheden verder heb ontwikkeld. Mijn grootste inzicht? Als jeugdartsen doen we het al goed: we beschikken over waardevolle kennis en een brede blik waarmee we van betekenis zijn in de zorg voor kinderen en gezinnen. We hoeven niet altijd méér te weten, maar mogen ons juist versterken in wat we al kunnen. Denk aan onze rol in de vroeg signalering, de samenwerking met kinderartsen en de ondersteuning van gezinnen in een vaak onzekere fase.
Marieke is in opleiding tot jeugdarts KNMG bij de JGZ Almere. In het kader van haar opleiding liep zij stage bij het NCJ en heeft daar meegewerkt aan het doorontwikkelen van de monitor ‘Ouders en de JGZ’.
Esther Bosveld is Stevig Ouderschap-verpleegkundige en vertelt over de begeleiding van ouders Karin en Frank.
Enkele jaren geleden maakte Anouk van den Berg de overstap van de huisartsgeneeskunde naar de jeugdgezondheidszorg met een duidelijk doel voor ogen: zich inzetten voor een gezonder opgroeiende jeugd.