Vorig kenmerk                                                                        Volgend kenmerk                                                        Naar overzicht

29. Reageert op toespreken

Van Wiechenfilmpje

Dit filmpje kan gebruikt worden om ouders te betrekken bij het onderzoek en dient voor de professionals als audiovisuele ondersteuning bij de beschreven instructie.

In gesprek met ouders

Kijk of je kind reageert wanneer je met hem praat, en niet per ongeluk reageert op aanraking of veranderingen in het licht. Voor de spraak- en taalontwikkeling is het heel belangrijk om met je kind te praten. Praat dan met je gewone stem en gebruik vooral korte zinnen. Het is ook goed om meteen de juiste woorden te gebruiken i.p.v. babywoorden. Betrek je kind bij wat je doet en vertel je kind wat je doet. Bijvoorbeeld, wanneer je de luier verschoont, kun je zeggen: “Dit zijn je handen, dit zijn je tenen.” Of als je hem in bad doet, kun je zeggen: “Nu ga je in het water, het is lekker warm.” Hoewel je kind misschien nog niet de betekenis van de woorden begrijpt, leert je kind wel van wat je zegt. Je kind verbindt de woorden met de acties of voorwerpen die je noemt en kan emoties horen in de klank van je stem en zo jouw boodschap begrijpen.

Instructies voor professionals
Achtergronden
Ontwikkelingsveld Communicatie en sociaal gedrag.
Psychologisch aspect Kort na de geboorte hebben ouder en kind aandacht voor elkaar, die zich uit in kijken naar elkaar en op elkaar reageren. Het hebben van aandacht voor elkaar is een voorwaarde voor de communicatieve ontwikkeling van het kind. Auditieve en visuele prikkels kunnen op deze leeftijd de aandacht van het kind trekken.
Onderzoekleeftijd Referentiewaarden (percentage dat het kenmerk positief scoort)
3 weken 99,1 %
4 weken 99,7 %
5-6 weken 99,7%
NB: periode week 1 betreft de leeftijd vanaf de geboortedag tot en met dag 6, periode week 2 de leeftijd van dag 7 tot en met dag 13, etc
Onderzoekmethode
Uitgangspositie kind Het kind ligt op zijn rug op de onderzoektafel of ligt in de armen van de ouder (op schoot).
Uitvoering onderzoek De onderzoeker komt met zijn gelaat in het gezichtsveld van het kind op een afstand van ongeveer 30 cm en knikt en praat tegen het kind (auditieve en visuele stimulatie). De onderzoeker mag het kind niet op andere wijze stimuleren, bijvoorbeeld door hem aan te raken. De onderzoeker hoeft het onderzoek niet zelf uit te voeren als hij de reactie op toespreken reeds tijdens het consult heeft waargenomen wanneer de ouder tegen het kind knikt en praat, zonder hem anderszins te stimuleren.
Observatie De onderzoeker observeert de reacties op toespreken.
Anamnese Als het niet lukt het gewenste gedrag bij het kind te observeren, vraagt de onderzoeker aan de ouder: “Hoe doet … als u tegen hem praat?” of “Kunt u de aandacht trekken van … als u geluidjes maakt en met uw gezicht over hem heen buigt?”. De onderzoeker verifieert bij de ouder of de reactie niet wordt uitgelokt door andere stimuli, bijvoorbeeld doordat de ouder het kind oppakt.
Beoordeling
Positief
  • Elke reactie die erop wijst dat de onderzoeker de aandacht van het kind heeft weten te trekken met verbale en/of non­verbale prikkels is positief. Daartoe behoren onder andere: verhoogde beweeglijkheid, stil worden (‘luisteren’) en verandering van de gelaatsuitdrukking zoals het open sperren van de ogen, knipperen met de ogen en het voorhoofd fronsen of
  • de onderzoeker heeft de gewenste respons geobserveerd in de interactie tussen ouder en kind.
Negatief Het kind reageert niet op de visuele en/of auditieve prikkel en
de ouder beantwoordt bovenstaande vraag ontkennend.
Registratie  + Bij geobserveerde positieve respons.
M Bij anamnestisch positieve respons.
–  Bij negatieve respons.
Discipline Alle disciplines mogen dit kenmerk uitvoeren
Informatie over overleg / consultatie Indien de DA het kenmerk uitvoert mag bij een negatieve score de JV geconsulteerd worden.
Indien de JV het kenmerk uitvoert moet bij een negatieve score de VS/JA geconsulteerd worden.
Bij alarmsymptoom op korte termijn consultatie van de VS/JA.
Advies Adviseer ouders om tegen hun kind te praten en te lachen, waarbij het gezicht van de ouder voor het kind duidelijk zichtbaar is. Ga daarbij in op de interactie (hechting).
Alarmsymptoom Geen of onvoldoende reactie op geluid op elke leeftijd (Touwen, 1990).

Welkom op onze nieuwe website!

Heb je een gebruikersaccount? Dan ontvang je van ons een mail om je account opnieuw te activeren.