Nieuws 29 juni 2022

Wie heeft nog bestaanszekerheid?

De focus op bestaanszekerheid van gezinnen is groot; in het regeerakkoord staat een investering van €500 miljoen voor hervorming van de arbeidsmarkt, re-integratie en aanpak armoede en schulden. Een stap in de goede richting. Maar door actuele ontwikkelingen worden we ingehaald door de tijd. Dit vraagt om snel handelen en goed kijken naar de lokale aanpak.

Armoede is sinds jaar en dag een groot maatschappelijk vraagstuk en raakt ook kinderen. Sterker nog: het belemmert hen in hun bestaanszekerheid en het hebben van gelijke kansen. Daarmee komt veel potentieel van generaties niet tot wasdom.

Bestaanszekerheid vraagt om bureaucratische vaardigheden
Met de oorlog in Oekraïne, de stevige inflatie en de hoge energierekeningen is de nood rondom (kinder)armoede hoog. Dit raakt aan de bestaanszekerheid van veel gezinnen: niet alleen huishoudens die het al moeilijk hadden maar ook een nieuwe groep, namelijk de middenklasse. Hoe proberen we momenteel deze gezinnen bestaanszekerheid te bieden? Via een ingewikkeld proces dat vraagt om excellente bureaucratische vaardigheden. Er zijn doorgaans vijfendertig tot veertig lokale en landelijke inkomensregelingen die minima in Nederland kunnen aanvragen. Deze vraag je aan bij verschillende loketten, waarbij wel acht verschillende definities van inkomen worden gehanteerd. Met als gevolg dat gezinnen niet goed weten waar ze terecht kunnen en niet krijgen waar ze recht op hebben. De nieuwe regelingen, in het leven geroepen om de kosten te drukken, maken het niet duidelijker: mensen moeten weer naar de gemeenten en in iedere gemeente doet men het anders.

Bottom-up aanpak
Maar wat moet er dan wel gebeuren om de doelstelling van minister Schouten op (kinder)armoede te behalen? De doelstelling – voorkomen en sneller signaleren – vraagt om een ‘bottom-up’ aanpak en samenwerking tussen publieke, private en maatschappelijke organisaties. Oftewel, contact met de mensen waar het om gaat en een lokale aanpak om vervolgens landelijk te kijken aan welke systeemknoppen er gedraaid moet worden.

Kamerbrief ambities armoede
Deze zomer zal minister Schouten de Tweede kamer een brief sturen met haar ambities op het armoedevraagstuk. Vanzelfsprekend zullen wij onze uiterste best doen om haar hierbij te helpen. Het NCJ deelt deze brief ook met de partners binnen de Alliantie Kinderarmoede en zal hun reactie en handreikingen terugkoppelen aan het kabinet.

Lokaal doen, landelijk delen
De publiek private Alliantie Kinderarmoede heeft als doelstelling om samen met partners de effecten van kinderarmoede tot 2030 te reduceren. Om dat te bereiken is het benadrukken van de urgentie en samenwerking cruciaal. Daarom organiseren de partners van de Alliantie Kinderarmoede sinds 2020 de Publieksacademie Kinderarmoede. Dit zijn regionale bijeenkomsten om kinderarmoede bespreekbaar te maken en lokaal iets aan te doen.

Geïnspireerd door partners en ervaringsdeskundigen heet het projectplan van de Alliantie Kinderarmoede dan ook ‘Lokaal doen, landelijk delen’. Dat betekent dat de Alliantie ook lokaal ondersteuning kan bieden en aan kan sluiten op wat er lokaal echt nodig is. Met de ambitie dat in 2030 geen kind meer de dupe is van armoede.

Bekijk hier een voorbeeld van een lokale alliantie in Haarlem

Bekijk ook:

Welkom op onze nieuwe website!

Heb je een gebruikersaccount? Dan ontvang je van ons een mail om je account opnieuw te activeren.