Richtlijn: Huidafwijkingen (2012)
M t/m N
Mastocytose (mastocytoom, urticaria pigmentosa)
Huidafwijking | Mastocytose kent verschillende vormen, de meest voorkomende zijn:
Bij beide vormen kunnen na wrijven een urticariële reactie geven (teken van Darrier). Soms ontstaan blaren (bullae). |
---|---|
Oorzaak | Overproductie van mestcellen, oorzaak is onbekend. |
Symptomen | Jeuk |
Voorkeursleeftijd | Ontstaat meestal bij 0-6 maanden. |
Voorkeurslokalisatie | Geen |
Bijzonderheden | |
Beloop | Urticaria pigmentosa: Bij meer dan 75% van de patiënten waarbij de eerste verschijnselen vóór het tiende levensjaar optreden, verdwijnen de huidafwijkingen spontaan. |
Beleid | Urticaria pigmentosa: Verwijzing naar de huisarts is geïndiceerd. Bij regelmatig optredende jeukklachten kan eventueel een antihistaminicum worden voorgeschreven. Vanwege het verhoogde risico op een ernstige reactie na een wespen- of bijeensteek en na bepaalde geneesmiddelen is een noodset (bestaande uit een adrenaline auto-injector met instructie) geïndiceerd. Voor meer informatie voor ouders en professionals: Nederlands Anafylaxis Netwerk (www.anafylaxis.nl). |
Mazelen (morbilli)
Huidafwijking | Gegeneraliseerd grofvlekkig exantheem met kleurveranderingen en kleine bultjes (maculopapuleus), dat begint 3-7 dagen na aanvang van de symptomen bij de oren en haargrens, en uitbreidt naar het hele lichaam. Ontstaan van kleine witte vlekjes op het mondslijmvlies (Koplikse vlekjes) is kenmerkend voor mazelen. |
---|---|
Oorzaak | Infectie met Morbillivirus. |
Symptomen | Acuut begin met algemene malaise, hoge koorts, oogontsteking (conjunctivitis), rhinitis en hoesten. Soms lichtschuwheid (fotofobie) of opgezette lymfeklieren in de nek. |
Incidentie | Zeldzaam door vaccinatie in RVP. |
Voorkeursleeftijd | 6 maanden tot 10 jaar. |
Incubatietijd | 10-21 dagen. |
Besmettelijkheid | Vanaf 4 dagen voor, tot minstens 5 dagen na het uitbreken van de vlekjes. |
Bijzonderheden | Meldingsplichtige ziekte groep B2. |
Beleid | Zie het protocol 'Mazelen, Morbilli' van de LCI (link). |
Midline laesies
Huidafwijking | Alle huidafwijkingen (zwelling, putje, verkleuring, beharing, recidiverende ontsteking met of zonder uitvloed) die vanaf de geboorte aanwezig zijn en gelegen zijn in of juist naast de middenlijn van het lichaam. |
---|---|
Voorkeursleeftijd | Vanaf de geboorte aanwezig |
Voorkeurslokalisatie | De afwijking ligt in of juist naast de middenlijn van het lichaam. |
Bijzonderheden | Midline laesies kunnen het enige zichtbare teken zijn van een sluitingsdefect van de embryonale buis (“open rug”), een andere aangeboren aanlegstoornis zoals een vaatmalformatie of een orgaanafwijking. Dit is de reden om zeer alert te zijn bij elke huidafwijking in de midline. |
Verwijscriteria | Altijd, met uitzondering van:
|
Beleid | Actieve opsporing en verwijzing. |
Miliara crystallinia
Huidafwijking | Jeukende blaasjes (vesikels), die helder en zeer oppervlakkig zijn, zonder omringende ontstekingsroodheid (inflammatoir erytheem). |
---|---|
Oorzaak | Secundair aan ophopen van zweet (zweetretentie) in verstopte zweetkanaaltjes. |
Incidentie | Frequent |
Voorkeursleeftijd | Eerste levensweken. |
Voorkeurslokalisatie | In de lichaamsplooien, als nek en oksels. |
Bijzonderheden | |
Beloop | De blaasjes barsten open binnen 24 uur. Spontaan herstel binnen enkele dagen. |
Beleid | Vermijden van uitlokkende factoren, zoals overdreven warmte en vochtigheid. Geen specifieke behandeling geïndiceerd. |
Miliara Rubra (lichen tropicus, tropische rode hond, prickly heat, zweetziekte)
Huidafwijking | Jeukende blaasjes (vesikels) met een ontstekingsreactie, kleine rode bultjes en blaasjes (erythemateuze papulovesikels) met een rode huid. |
---|---|
Oorzaak | Ontstekingsreactie secundair aan ophoping van zweet (zweetretentie) in de verstopte zweetkanaaltjes. |
Incidentie | Frequent |
Voorkeursleeftijd | Eerste levensweken. |
Voorkeurslokalisatie | Luierstreek en onder kleding (door afsluiting), voorhoofd, lichaamsplooien. |
Beloop | De blaasjes barsten open binnen 24 uur. Spontaan herstel binnen enkele dagen. |
Beleid | Behandeling met rust, afkoeling, luchtige kleding en eventueel middelen tegen de jeuk. |
Moedervlek-aangeboren (congenitale naevus)
Huidafwijking | Roze tot bruin gekleurde, meestal niet verheven plek, van enkele millimeters tot ≥ 20 cm groot. Kunnen divers bruinig gekleurd en grillig van vorm zijn en een bobbelig (papillomateus) oppervlak hebben. Soms groeien er haren uit. |
---|---|
Incidentie | 1% van de pasgeborenen |
Voorkeursleeftijd | De meeste congenitale naevi zijn bij de geboorte zichtbaar, soms pas na enkele maanden. |
Voorkeurslokalisatie | Hele lichaam |
Beloop | Congenitale naevi hebben een verhoogd risico op maligne ontaarding. |
Verwijscriteria | Indien kleiner dan de hand van het kind en één van onderstaande:
Indien groter dan de hand van het kind |
Beleid | Actieve opsporing |
Naevus sebaceus
Huidafwijking | Oranjegele, licht wratachtige plek (verruceuze plaque). Het is vaak ovaal van vorm en wordt tijdens de puberteit meer wratachtig (verruceus). |
---|---|
Incidentie | De afwijking komt voor bij minder dan 1 procent van de pasgeborenen, jongens en meisjes zijn even vaak aangedaan. |
Voorkeursleeftijd | De afwijking is vanaf de geboorte aanwezig. |
Voorkeurslokalisatie | Op behaarde hoofdhuid, waar plek dan onbehaard is. |
Bijzonderheden | Na het 30e levensjaar bestaat sporadisch een verhoogd risico om hierin een vorm van huidkanker te ontwikkelen, die klinisch en ook microscopisch veel lijkt op een basaalcelcarcinoom. |
Beleid | Alleen bij verandering dient verwezen te worden naar een dermatoloog. Goede voorlichting, registratie en overdracht is belangrijk. |
Nagelriemontsteking (paronychium)
Huidafwijking | Acute nagelriemontsteking: gezwollen, rode en (druk)pijnlijke nagelriem met pusvorming. |
---|---|
Oorzaak | De ontsteking van de nagelriem of de nagelwal wordt veroorzaakt door bacteriën (meestal Staphylococcus aureus) of schimmels (meestal Candida albicans). Bij een beschadiging van de nagelriem kan infectie optreden. |
Voorkeursleeftijd | Geen |
Beleid |
|
Navelgranuloom
Huidafwijking | Granulatieweefsel (wild vlees) op de plaats waar de navelstomp is afgevallen. |
---|---|
Oorzaak | Gevolg van een oppervlakkige infectie na loslating van de navelstreng. |
Voorkeursleeftijd | Ontstaat meestal enkele weken na de geboorte. |
Bijzonderheden | Denk aan de mogelijkheid van een niet gesloten embryonale verbinding tussen de blaas en navel (persisterende urachus) of tussen de embryonale darm en navel (ductus omphalo-entericus). Er komt dan vaak urine of fecaal materiaal uit de navel. |
Beloop | Geneest in principe spontaan. |
Beleid | Plek zo droog mogelijk houden, en zo nodig aanstippen met zilvernitraat (huid om granuloom beschermen met vaseline). |
Neonatale pustuleuze melanose (transiente)
Huidafwijking | Oppervlakkige blaasjes en puisten (vesiculopustuleuze elementen) die, als ze openbarsten, gepigmenteerde vlekken (maculae) met een ring van huidschilfers nalaten. |
---|---|
Incidentie | 5% van de pasgeborenen met een donkere huid, en minder dan 1% van de blanke pasgeborenen. |
Voorkeursleeftijd | Meestal vanaf de geboorte. |
Voorkeurslokalisatie | Onder de kin, op het voorhoofd, in de hals, in de liezen. Soms zijn ook handpalmen en voetzolen aangetast. |
Beloop | De blaren en puisten verdwijnen na 24-48 uur en de gepigmenteerde vlekken verdwijnen enkele weken later. |
Beleid | Goedaardig voorbijgaande huidafwijking, waarbij geen behandeling geïndiceerd is. |