Richtlijn: Astma (2020)

2. Preventie - aanbevelingen

Jeugdigen met één of beide ouders met astma of allergie hebben een verhoogde kans om astma te ontwikkelen. Maar de meeste jeugdigen met astma hebben niet-astmatische ouders. Mogelijkheden om te voorkomen dat zich bij de jeugdige astma ontwikkelt zijn beperkt (Beasley 2015 en Thema 1 ). Het vermijden van blootstelling aan tabaksrook (pre- en postnataal, eerste-, tweede- en derdehands rook) is de belangrijkste preventieve maatregel.

Aanbevelingen

  • Het is niet zeker of borstvoeding de kans op astma verlaagt, maar vanwege de vele gezondheidsvoordelen blijven JGZ-professionals het geven van borstvoeding aanraden (zie de richtlijn “Borstvoeding”).
  • Bij het eerste contact (bijvoorbeeld tijdens het zuigelingenhuisbezoek) vraagt de JGZ-professional na en registreert of astma en/of allergie bij de ouders voorkomt. Tevens wordt het rookprofiel in kaart
    - Hebben de ouders in de afgelopen zeven dagen gerookt?
    - Wordt er in de nabije omgeving van de jeugdige gerookt Bijvoorbeeld door oppas, opa’s, oma’s, andere familieleden?
    - Hebben de ouders in het half jaar voor of tijdens de zwangerschap gerookt?
  • Als de ouder(s) tijdens het eerste contact of daaropvolgende contacten aangeeft (aangeven) dat hij/zij rookt (roken), of als de JGZ-professional besluit het gesprek over roken aan te gaan, dan wordt het onderwerp roken bespreekbaar gemaakt volgens de methode “Rookvrij Opgroeien”. JGZ-professionals nemen kennis van de methode “Rookvrij Opgroeien” via de handreiking of de e-learning. Bekijk de website
  • Als de ouder(s) toestemming geeft (geven) dan vraagt de JGZ-professional naar de redenen om te roken en stelt de JGZ-professional vast of de ouder(s) gemotiveerd is (zijn) om te stoppen.
  • Als de ouder(s) niet gemotiveerd is (zijn) om te stoppen met roken, en zeker als de jeugdige luchtwegproblemen heeft, dan bespreekt de JGZ-professional het onderwerp roken (na toestemming) herhaaldelijk tijdens de daaropvolgende contacten.
  • De JGZ-professional peilt het vertrouwen dat het lukt om te stoppen met roken en vraagt om toestemming om meer te vertellen over de risico’s van roken. Maak hierbij ook duidelijk dat jij als JGZ-professional adviseert om te stoppen met roken.
  • JGZ-professionals verwijzen gemotiveerde ouders en jeugdigen naar een erkende stoppen met roken-hulp in de buurt (zie voor adressen http://www.ikstopnu.nl/hulp-in-de-buurt) of naar het programma “Rookvrije Ouders” voor telefonische coaching (aanmelden kan hier
  • De rookstatus en de motivatie om te stoppen worden bijgehouden in het JGZ-dossier, evenals de gegeven voorlichting en adviezen en evt. verwijzing voor stoppen met roken-hulp.

Pagina als PDF