Richtlijn: Lengtegroei (2019)

5. Begeleiding door de JGZ bij afwijkende lengtegroei - aanbevelingen

In dit thema wordt besproken hoe de JGZ professional ouders en jeugdigen kan begeleiden indien er sprake is van een afwijkende lengtegroei. Bij een verwijzing voor afwijkende lengtegroei dan wel bij een vastgestelde oorzaak met eventueel behandeling voor afwijkende lengtegroei, kan de JGZ de ouders en het kind op verschillende manieren begeleiden.

Aanbevelingen

  • De JGZ professional gaat in op alle zorgen en vragen die ouders en kinderen zelf hebben over de lengtegroei, ook al voldoet het kind niet aan de criteria voor verwijzing.
  • Het verdient aanbeveling om na verwijzing contact op te nemen met ouders of de jongere zelf, zodat adequate follow-up kan plaatsvinden.
  • Om begripvol te kunnen luisteren naar de ouders bij hun reflectie en vragen over de behandeling is het noodzakelijk kennis te hebben over mogelijke behandelingen en gevolgen van een afwijkende lengtegroei (link naar bijlage 2: Oorzaken Afwijkende Lengtegroei).
  • Het verdient aanbeveling om ouders met een kind met een niet-pathologische afwijkende lengte te informeren over de mogelijke gevolgen van de niet-pathologisch afwijkende lengtegroei.
  • Adviseer jongeren zelf en ouders van kinderen die kleiner of langer zijn voor hun leeftijd om zoveel mogelijk activiteiten doen die bij de leeftijd van het kind passen en bijv. kleding te laten dragen die past bij de leeftijd van het kind (zie de tips in de folders voor ouders en jongeren).
  • Het verdient aanbeveling om aan het kind en aan de ouders na te vragen of zij problemen ervaren met de kleine lengte of trage groei / grote lengte of snelle groei. De verwachtingen van ouders en volwassenen kunnen bijvoorbeeld worden beïnvloed door de lengte; aan lange kinderen worden lastigere taken toebedeeld dan aan kleine kinderen wanneer zij dezelfde leeftijd hebben. Hierdoor zullen ouders het misschien niet als probleem (her)kennen. Hierop dient een JGZ-professional alert te zijn.
  • Het verdient aanbeveling om ouders met een kind met een niet-pathologisch afwijkende lengte gerust te stellen dat er in de meeste gevallen geen vermindering van de kwaliteit van leven is en geen psychosociale problematiek.  Echter, bij kinderen met idiopathisch kleine lengte zijn er een aantal risicofactoren voor psychosociale problemen bekend: een jongen zijn, de aanwezigheid van een jonger maar langer broertje of zusje, een lage intelligentie en een lage sociaal economische status. Gunstige temperamentkenmerken van het kind, een ondersteunende houding van het gezin en adequate ‘coping-strategieën’ lijken belangrijke beschermende factoren voor het kind met kleine lichaamslengte.
  • De JGZ kan de ouders, indien zij behoefte hebben aan nadere informatie, wijzen op websites over groeistoornissen, kleine lengte en grote lengte, en attent maken op specifieke patiëntenverenigingen en belangenverenigingen (lotgenotencontact) (zie 'websites').

Bekijk de onderbouwing van dit thema, of lees verder in Thema 6 over samenwerken.


Pagina als PDF