Richtlijn: Excessief huilen (2013, multidisciplinair)

Totstandkoming richtlijn

Werkwijze 
De richtlijn is ontwikkeld volgens de methode van evidence-based richtlijnontwikkeling (EBRO, 2007). De zoektermen zijn op te vragen bij het NCJ. De basis voor de richtlijn is een samenvatting van het beschikbare bewijs in de wetenschappelijke literatuur. In de tabellen in de tekst zijn de levels of evidence aangegeven, van 1 (hoogste level of evidence) tot en met 4 (expert opinion). Een overzicht van de indeling van de methodologische kwaliteit van individuele studies is op te vragen bij het NCJ. Op basis hiervan zijn aanbevelingen geformuleerd voor de praktijk. Bij de ontwikkeling is rekening gehouden met het patiënten-perspectief. Het eindproduct bestaat uit een achtergrondboek, een samenvatting, een stroomdiagram en patiënteninformatie. De richtlijn is primair voor alle beroepsgroepen die zorg hebben voor baby’s in de gehele zorgketen vanaf de geboorte: verloskundigen, kraamverzorgenden, kinder- en jeugdartsen en kinder- en jeugdverpleegkundigen, pedagogisch medewerkers en verpleegkundig specialisten. De richtlijn is van belang voor alle beroepsgroepen die met baby’s werken: huisartsen, kinderfysiotherapeuten, logopedisten, ergotherapeuten, pedagogisch medewerkers, pedagogen, psychologen, kinderverpleegkundigen, lactatiekundigen, diëtisten, maatschappelijk werkers, medewerkers van Infant Mental Health Centra, video-interactie trainers, zwangerschapsdocenten, massage therapeuten, manueel therapeuten, osteopaten en chiropractoren. Deze beroepsgroepen, maar ook ouders zijn betrokken bij het ontwikkelingstraject van de richtlijn. Aangezien de JGZ een rol kan spelen in het voorlichten van kinderopvang, babygroepen van het Medisch Kleuter Dagverblijf (MKD) of het Medisch Kinder Tehuis (MKT), zijn ook deze partners betrokken bij de richtlijnontwikkeling. Alle stappen in de ketenzorg zijn vastgelegd in de richtlijn.

Werkwijze kernredactie
In de eerste kernredactievergadering zijn de belangrijke knelpunten benoemd. Om die punten uit te diepen, te completeren en te specificeren is gebruik gemaakt van 3 expertmeetings, 1 focusgroep en 6 interviews met ouders en experts. De focusgroep diende om, bij ontstentenis van specifieke literatuur, meer kennis te verzamelen over excessief huilen door zuigelingen van ouders met een andere etniciteit. De kernredactie heeft de knelpunten en uitgangsvragen, alvorens ze vast te stellen, in twee ronden getoetst bij in de klankbordgroep vertegenwoordigde beroepsgroepen. De kernredactie heeft, met hulp van de informatiespecialist van TNO, L.M. Ouwehand, literatuur gezocht bij de uitgangsvragen.

De kernredactie is onder andere belast met systematische literatuurstudie, het schrijven van de conceptrichtlijn en het opstellen van de indicatoren.

Kernredactie
Voor het ontwikkelen van de richtlijn is een kernredactie samengesteld uit vertegenwoordigers van betrokken disciplines. De meeste kernredactieleden zijn gemandateerd door hun beroepsvereniging.

De kernredactie bestaat uit:

  • dr. M.M. Boere-Boonekamp (arts maatschappij en gezondheid, onderzoeker),
  • dr. A.C. Engelberts (kinderarts, onderzoeker),
  • drs. W. La Haye (klinisch pedagoog, GZ-psycholoog),
  • dr. M.P. L’Hoir (klinisch pedagoog, GZ-psycholoog, psychotherapeut, onderzoeker),
  • dr. B.E. van Sleuwen (bioloog, onderzoeker),
  • dr. L.A. van Vlimmeren (kinderfysiotherapeut, onderzoeker),
  • M. de Ruiter (stafverpleegkundige JGZ)
  • Prof. dr. P.L.P. Brand, kinderarts en adviseur,
  • Een ouder (vader) van een baby die excessief huilde en in het ziekenhuis heeft gelegen,
  • Een ouder (moeder) met een baby die excessief huilde die in de JGZ is geholpen en een ouder met een baby die niet excessief huilde (moeder).
  • Dr. A. de Jonge (verloskundige, onderzoeker) is als gevolg van verandering van werkzaamheden aan het begin van de richtlijnontwikkeling vervangen door drs. I.K.F. Tiemens-van Putten (verloskundige).

De kernredactie is verbreed met experts die bij het lezen en opstellen van de richtlijn commentaar leveren:

  • dr. S. Nossent (ontwikkelingspsycholoog),
  • drs. M. van Noort (bioloog, lactatiekundige IBCLC)
  • drs. H.B.M. van Gameren - Oosterom (arts) 

Adviseurs

  • Dr. P.L.B.J. Lucassen (huisarts, onderzoeker) heeft als adviseur deelgenomen aan de kernredactie
  • dr. M. Kamphuis (arts maatschappij en gezondheid, onderzoeker) is betrokken om het proces en de planning te bewaken.

Focusgroep
De focusgroep met zorgverleners die veel ervaring hebben met ouders en kinderen met een niet-westerse achtergrond in Nederland werd gehouden met: Piet van Lieshout, jeugdarts, GGD-arts Overvecht Utrecht, Ada Keur, lactatiekundige IBCLC, verpleegkundige OKZ, GGD Amsterdam, Marion Menke, verpleegkundige Huilbabypoli Rijnstate ziekenhuis Arnhem, Elsbeth Sam-Sin en Brigitte Thomassen, pedagogisch medewerker Antonius ziekenhuis, Nieuwegein Utrecht, Femke van Trier, PDW’er, videobehandelaar en -opleider bij Altrecht Divisie Kind, Jeugd en gezin (Utrecht).

Commentaarronde 
De conceptrichtlijn is ter becommentariëring voorgelegd aan de deelnemende verenigingen en organisaties en geplaatst op de websites van AJN, V&VN, NVK, NIP en NVL. De KNOV volgt een andere procedure voor de commentaarfase. Na verwerking van het commentaar is de richtlijn door de werkgroep vastgesteld, en ter autorisatie voorgelegd aan de AJN, V&VN, NVK, NVFK, en het NIP. De NVK, het NIP en de NVFK hebben de richtlijn geautoriseerd. Daarnaast worden NVO, NVL, NHG, NBvK, NIVO, NCA, DAIMH en BOCA geïnformeerd.

 

 


Pagina als PDF