Richtlijn: Excessief huilen (2013, multidisciplinair)

9. Gevolgen voor baby’s die excessief huilen-Aanbevelingen

Excessief huilen neemt, evenals het “gewone” huilen, bij de meeste kinderen af na de derde maand. Soms gebeurt dit niet, wat kan leiden tot een aanhoudende verstoorde interactie tussen ouders en kind en/of andere problemen op medisch of psychosociaal vlak. In dit thema wordt kennis gebundeld die een leidraad kan bieden voor de begeleiding van kind en ouders in een dergelijke situatie.

Aanbevelingen

• Zorgverleners weten dat bij een klein gedeelte van de baby’s bij wie het excessief huilen na 3 maanden afneemt, ouders het kind op de lange termijn toch als kwetsbaarder, temperamentvoller of opstandiger kunnen percipiëren. Dit kan negatieve gevolgen hebben voor het kind.

• Zorgverleners moeten ouders van een excessief huilende baby uitleggen dat bij de meeste kinderen het huilen binnen enkele maanden overgaat en er meestal geen lange termijngevolgen ontstaan op het gebied van lichamelijk, cognitieve en  gedragsmatige ontwikkeling.

• Tot de leeftijd van 6-9 maanden zou er, ook als het huilen is afgenomen, tijdens de reguliere consulten aandacht moeten zijn voor een mogelijke (zich ontwikkelende) depressie bij moeder of vader, zodat zonodig passende hulp in gang kan worden gezet.

• Moeders van baby’s die 4-6 maanden na de geboorte nog excessief huilen, moeten (opnieuw) hulp krijgen. Van belang is dat een depressie wordt uitgesloten.  In de meeste gevallen zal het gezin al eerder hulp hebben gekregen.

• Zorgverleners moeten bij baby’s met regulatieproblemen uit een gezin met complexe problematiek vroegtijdig hulp bieden om lange termijn effecten van regulatieproblemen, waaronder excessief huilen, te voorkomen.

Lees verder voor de onderbouwing.


Pagina als PDF