Richtlijn: Excessief huilen (2013, multidisciplinair)

5. Psychosociale problemen-Aanbevelingen

Excessief huilen kan veel stress veroorzaken en ouders tot wanhoop drijven. Het excessieve huilen kan leiden tot verstoorde interactiepatronen en gevoelens van onzekerheid. Excessief huilen kan ongewenst gedrag uitlokken, zoals kindermishandeling (Shaken Baby Syndroom) met soms de dood als gevolg. Op een ander vlak kan excessief huilen leiden tot sociaalmaatschappelijke problemen, zoals arbeidsverzuim. Spanning en stress bij ouders en anderen in hun omgeving kan ook van invloed zijn op het huilen van het kind. Er kan sprake zijn van wederzijdse beïnvloeding; psychosociale en maatschappelijke factoren kunnen zowel oorzaak als gevolg zijn van het huilen.

Aanbevelingen

  • Op grond van expert opinion is aan te bevelen dat zorgverleners bij de preventie  en aanpak van excessief huilen van baby’s aandacht hebben voor regulatieproblemen bij het kind, voor psychosociale problemen bij het kind en de ouders, voor de relatie tussen ouders en kind en omgeving.
  • Onderdeel van ieder hulptraject rond huilen is het zorgen voor de veiligheid van  het kind. Ouders worden geïnformeerd over het Shaken Baby Syndroom.
  • Een landelijke aanpak ter preventie van het Shaken Baby Syndroom verdient aanbeveling. Deze vorm van kindermishandeling kan mogelijk worden gereduceerd  door het tijdig onderkennen van problemen bij ouders met (excessief) huilen en door gezinnen steun te bieden.
  • Het is aan te bevelen in toekomstig onderzoek naar excessief huilen vaders en anderen uit het steunnetwerk van de ouders te betrekken.
  • Vanwege de hoge incidentie en de impact die persisterend huilen kan hebben op het gehele gezin, is onderzoek naar effectieve coping strategieën en manieren om  het kind te troosten en rustig te krijgen belangrijk
  • Het is aan te bevelen onderzoek te doen naar huilen als onderdeel van regulatieproblemen bij kinderen.

Randvoorwaarden

Bij de vroegsignalering van psychosociale problemen zijn de volgende randvoorwaarden van belang:

  • Deskundige en competente professionals. Zorgverleners dienen onder meer deskundig te zijn op het gebied van normaal gedrag van baby’s en op het gebied van gedrags- en ontwikkelingsproblemen en deskundig in het gebruik van 24-uurs dagboeken en signaleringsinstrumenten.
  • Zorgverleners moeten de de situatie kunnen analyseren. Het (aller)belangrijkste is de vaardigheid om een gesprek zo te voeren dat ouders zich begrepen voelen en dat zij al hun vragen en zorgen kunnen bespreken. Dat vereist respect en een luisterend oor. De juiste aanpak verruimt het inzicht van de ouders en empowert hen in de rol van ouder. Van belang is dat ouders inzicht krijgen in huilpatronen en copingstrategieën krijgen aangereikt. In overleg met hen wordt de beste manier gezocht om het huilen hanteerbaar te maken.
  • Na het eerste gesprek wordt afgesproken hoe en wanneer de ouder contact  kunnen opnemen met de zorgverlener (of andersom) en wordt besproken wat zij nodig hebben en verwachten.

Verder worden hier expliciet als benodigde competenties genoemd:

  • Observerend en analyserend vermogen, interculturele competenties en gespreksvaardigheden;
  • Samenwerkingsafspraken kunnen maken met  partners in de jeugdketen, over overleg, communicatie via de media en verantwoordelijkheden. Verwezen wordt o.a. naar de JGZ Richtlijn Opvoedingsondersteuning.

Lees verder voor de onderbouwing.


Pagina als PDF