Richtlijn: Voorkeurshouding en schedelvervorming (2012)
8. Ketenzorg-Aanbevelingen
In de praktijk krijgen pasgeborenen en hun ouders in het traject van preventie, signalering en behandeling van voorkeurshouding en schedelvervorming te maken met verschillende zorgverleners. Naast de zorggerelateerde ketenpartners zijn er ook niet-zorggerelateerde partners die een rol kunnen spelen bij het voorkomen van een voorkeurshouding en/of schedelvervorming. Voorbeelden hiervan zijn de kinderdagverblijven en gastouders die de verzorging van de zuigeling na enkele maanden voor een gedeelte overnemen (Jong de, 2009).
Bij het organiseren van ketenzorg rond het thema voorkeurshouding en schedelvervorming moeten naast de zorgverleners in de nulde-, eerste-, tweede- en derdelijnszorg ook de achterliggende organisaties en de niet-zorggerelateerde partners worden betrokken. Per regio kunnen deze in aard en aantal verschillen.
Tabel 9.1 Ketenpartners betrokken bij de preventie, signalering en aanpak van voorkeurshouding en schedelvervorming (vrij bewerkt naar het protocol van Thuiszorg Pantein) (Pantein,2008)
Nulde en eerste lijn |
Tweede en derde lijn |
Overig |
|
|
|
Aanbevelingen
Op basis van de gesignaleerde knelpunten werden de volgende aanbevelingen geformuleerd:
- Een landelijke richtlijn ‘Preventie, signalering en aanpak van voorkeurshouding bij zuigelingen’ moet worden opgesteld door een multidisciplinaire werkgroep. Preventie moet daarin een grote rol spelen en al voor de geboorte beginnen, om de informatieoverload na de geboorte voor te zijn;
- Beroepsgroepen die een plaats moeten krijgen in de richtlijn zijn: zwangerschapsgymdocent, verloskundige, kraamverzorgende, jeugdverpleegkundige, jeugdarts en kinderfysiotherapeut;
- Om hun preventieve rol goed te kunnen vervullen moet met name de beroepsgroep van de verloskundigen en kraamverzorgenden (bij)geschoold worden;
- Ook gastouderbureaus en kinderdagverblijven moeten betrokken worden bij de preventie;
- De richtlijn moet ondersteund worden door een standaardfolder met illustraties om ouders te motiveren en positionerings- en hanteringsadviezen duidelijker te maken. De folder wordt bij voorkeur opgenomen in het kraamdossier, zodat ouders de informatie eenvoudig kunnen terugvinden;
- In de richtlijn moeten procedures voor signalering, verwijzing, registratie en follow-up worden vastgelegd;
- Bij de behandeling met kinderfysiotherapie moet worden nagegaan of de zuigeling ook bij gastouders of een kinderdagverblijf verblijft. Deze moeten dan ook betrokken worden bij de behandeling.
Aan de hand van de best practice en de evidence zoals weergegeven in voorgaande hoofdstukken komen we tot de volgende ketenzorgstructuur.
Tabel 9.2 Rol ketenpartners bij preventie van voorkeurshouding prenataal (vrij bewerkt naar het protocol van Thuiszorg Pantein) (Pantein, 2008).
Product/ contactmoment |
Discipline |
Wanneer |
Rol/actie/ bijzonderheden |
Zwangerschapscursus |
Zwangerschapsgymdocenten |
Vanaf 28-30 weken zwangerschap |
|
Prenataal intake kraamzorg |
Intakers kraamzorg |
5-7 maanden zwangerschap |
|
Themabijeenkomsten |
Jeugdverpleegkundigen en kraamverzorgenden |
Tijdens zwangerschap |
|
Informatieavond bevallen in het ziekenhuis |
Medewerkers verpleegafdelingen |
Tweede helft zwangerschap |
|
Tabel 9.3 Rol ketenpartners bij preventie, signalering en aanpak voorkeurshouding perien postnataal (vrij bewerkt naar het protocol van Thuiszorg Pantein) (Pantein, 2008).
Product/ contactmoment |
Discipline |
Wanneer |
Rol/actie/bijzonderheden |
Thuisbevalling |
Eerstelijns verloskundigen |
Hele zwangerschap en kraamperiode |
|
Klinische bevalling |
Gynaecologen en tweedelijns verloskundigen |
Tijdens opname |
|
Ziekenhuisopname |
Medewerkers verpleegafdelingen |
Dagen aansluitend op de bevalling tot ontslag |
|
Kraamperiode thuis |
Kraamverzorgenden |
Eerste 8 dagen |
|
Particuliere instituten voor zwangerschapsgym en kraamzorg |
Doorlopend |
|
|
Directeuren, staf en managers JGZ en kraamzorg |
Doorlopend |
|
|
Screening hielprik/gehoor |
Screeners |
4e-8e dag |
|
Eerste zuigelingenhuisbezoek JGZ |
Jeugdverpleegkundigen |
2 weken na de geboorte |
|
Jeugdgezondheidszorg |
Jeugdverpleegkundigen, verpleegkundig specialisten preventie, jeugdartsen |
Volgens Basistakenpakket JGZ |
|
Postnatale gym |
Zwangerschapsgymdocenten |
Rond 8e week na de geboorte |
|
Babymassage |
Docenten babymassage |
6 weken tot 3 maanden na de geboorte |
|
Specialistische zorg |
Kinderartsen |
Doorlopend |
|
Klinische behandeling | Intramurale kinder- fysiotherapeuten |
Behandelen • Verwijzen naar eerstelijns kinder- • Afstemming t.a.v. beleid |
|
Centrale behandelaar |
Huisartsen |
Doorlopend |
|
Extramurale behandeling |
Eerste- en tweedelijns kinderfysiotherapeuten (w.o. poliklinieken fysiotherapie) |
|
|
Opleidingen |
Docenten |
Tijdens curriculum |
|
Stafmedewerkers JGZ |
Doorlopend |
|
|
Hoofden afd. Verloskunde/Moeder & Kind en kinderafdeling ziekenhuis |
Doorlopend |
|
|
Kinderdagverblijven |
0-6 maanden |
|
|
Gastouderbureaus |
0-6 maanden |
|
|
Orthopedisch instrumentmakers |
|
||
(Kinder)artsen, plastisch chirurgen, neurochirurgen, revalidatieartsen |
|
Lees verder voor de onderbouwing.