Richtlijn: Heupdysplasie (2018)

Aandachtspunten JGZ tijdens behandeling

Wanneer een kind wordt behandeld voor DDH is het belangrijk dat JGZ-professionals hiermee rekening houden.

Meten en wegen

Bij een kind dat spreidbehandeling krijgt, wordt afgezien van het strekken van de benen en dus het meten van de lengte. Wegen kan zonder spreidmiddel wanneer de (kinder)orthopeed heeft aangegeven dat dit mag en anders mét spreidmiddel. Het uitvoeren van de lengtemeting van een liggend kind is beschreven in het boekje ‘Groeidiagrammen 2010. Handleiding bij het meten en wegen van kinderen en het invullen van groeidiagrammen’, uitgegeven door TNO74.

Vaccineren

De wijze van behandeling kan invloed hebben op de keuze waar te vaccineren. De eerste voorkeursplaats voor injecties bij zuigelingen in de leeftijd van 0 tot 12 maanden is het dijbeen (musculus vastus lateralis). Als dit niet mogelijk is, kan in de bovenarm (musculus deltoideus of musculus triceps) gevaccineerd worden. Boven de leeftijd van 12 maanden is er geen voorkeur voor het dijbeen of de bovenarm. Een gipsbroek kan niet worden afgenomen en de bovenarm is in dat geval de aangewezen plek voor de vaccinatie. Bij een afneembare spreidmiddelbehandeling gaat de voorkeur uit naar het bovenbeen als plek voor de vaccinatie109, maar de plek (bovenbeen of bovenarm) waar de vaccinatie plaatsvindt wordt, na het geven van uitleg, in overleg met ouders bepaald.

Ga verder naar Prematuriteit en DDH, of lees verder in thema 2: Communicatie tussen ouders en JGZ-professionals. 


Pagina als PDF