Richtlijn: Borstvoeding (2015, multidisciplinair)

Onderbouwing

Conclusies

Voeden op verzoek vanaf de eerste dagen na de geboorte hangt samen met minder borstvoedingscomplicaties (stuwing) en een langere borstvoedingsduur1. Niveau 4

Toelichting

Bij voeden op verzoek voedt de moeder haar kind wanneer de baby voedingssignalen geeft. Borstvoeding is een dynamisch proces tussen moeder en kind en borstvoeding op verzoek is daarvan de essentie. Voeden op verzoek heeft niet alleen betrekking op de frequentie van de voedingen, maar ook op de duur ervan.

Risico’s van voeden volgens schema

Gedurende een groot deel van de 20ste eeuw was het gangbaar om baby’s volgens een bepaald schema te voeden, om de drie uur of om de vier uur. Deze opvattingen doen geen recht aan de fysiologie van de lactatie. De WHO adviseert dat baby’s op verzoek borstvoeding krijgen1. Dit houdt in: zo vaak en lang als het kind wil, zowel overdag als ’s nachts.

Melkproductie en voeden op verzoek

Onderzoek legt een verband tussen voeden op verzoek en een langere duur van de borstvoedingsperiode en minder stuwing. Er is geen toename aangetoond van tepelproblemen door het vaker en langer voeden. Diverse handboeken2;3 beschrijven de theorie van melkproductie en voeden op verzoek. Er bestaat een groot verschil in melkopslagcapaciteit tussen vrouwen. Moeders met een grotere opslagcapaciteit blijken minder frequent te voeden dan moeders die minder melk kunnen opslaan. Of iemand een grote opslagcapaciteit heeft, kun je niet afleiden uit de omvang van de borst. Bijna alle vrouwen hebben voldoende productie per 24 uur; het verschil zit in de hoeveelheid melk per voeding. Vrouwen met een beperkte opslagcapaciteit zullen waarschijnlijk vaker moeten voeden. Als zij op een minder frequent schema overgaan, bestaat er een reële kans dat hun baby tekort komt. Moeders krijgen dan vaak het advies bijvoeding te geven in plaats van te voeden op verzoek van de baby. Het aantal voedingen dat een baby nodig heeft, kan dus samenhangen met de opslagcapaciteit van de borsten van zijn moeder. Ook hangt het samen met de maagcapaciteit en stofwisseling van het kind. Daarom is het onmogelijk aan te geven hoeveel voedingen voor een bepaalde leeftijd of bij een bepaald gewicht van het kind normaal zijn3.

Tekenen van voldoende melkinname

Een kind dat goed effectief kan drinken geeft zelf aan wanneer het verzadigd is. Dit hangt af van de hoeveelheid calorieën en het vetgehalte van de moedermelk. Baby’s krijgen tegen het eind van de voeding relatief veel vet binnen. Dit houdt in dat een willekeurige beperking van de duur van de voedingen kan leiden tot een kind dat niet voldaan is en te weinig (calorieën) heeft gekregen. Hoe korter het interval tussen de voedingen, des te hoger is het vetgehalte3.

Voedingssignalen

Als de baby aan een voeding toe is, kan de moeder dat, met name de eerste paar maanden, al zien aan zijn gedrag voordat hij wakker is:

  • Hij slaapt minder diep;
  • Hij vertoont zoekgedrag;
  • Hij zuigt op zijn handjes.

Als hij dan nog niet wordt opgepakt:

  • Wordt hij wakker;
  • Begint hij onrustig te worden;
  • Begint hij geluid te maken;,
  • gaat hij met zijn mondje bewegen.

Tenslotte gaat hij hard huilen. Pasgeborenen kunnen al na een paar minuten huilen zo overstuur raken dat ze veel moeite hebben om goed te drinken. Een hoge cortisolspiegel, die het immuunsysteem onderdrukt, laat zien dat er sprake is van stress. De baby verspilt energie door het huilen en de drukke bewegingen die hij daarbij maakt. Kinderen die (lang) hebben moeten huilen, hebben meer moeite om de borst goed te pakken en drinken vaak minder effectief, waardoor ze minder verzadigd raken en minder goed groeien. Ook de moeder blijkt op het huilen te reageren met verhoging van de bloeddruk2.Als moeder en kind bij elkaar zijn en er wordt op verzoek gevoed, dan zal een moeder in staat zijn de vroege signalen te beantwoorden. De baby kan zijn energie aanwenden voor gezonde groei en ontwikkeling.

Overgewicht

De neiging van ouders of zorgverleners om te willen bepalen hoeveel en hoe vaak de baby drinkt, wordt ook in verband gebracht met het risico op overgewicht. Door de baby zelf te laten reguleren hoeveel hij drinkt, kunnen de ouders hem dat ook later toevertrouwen, waardoor hij kan afgaan op zijn natuurlijke gevoel van verzadiging4.


Pagina als PDF